Interview | Koen Bouwman: 'Ben nog niet klaar met deze Giro'
Het zijn mooie tijden voor Koen Bouwman. Hij rijdt voor de vierde keer de Giro d’Italia en hij verlengde zijn contract bij Jumbo-Visma met drie jaar. Afgelopen zondag leek hij even op winst af te steven in Campo Felice, maar een ontketende Egan Bernal en de andere klassementsrenners vlogen hem nog voorbij.
De 27 jarige Achterhoeker Koen Bouwman rijdt een sterke Giro, aanvallend net als zijn landgenoten Bauke Mollema en Taco van der Hoorn, maar tot nu is alleen de laatste goed genoeg geweest voor een ritzege. De Rotterdammer won spectaculair de derde rit van Biella naar Canale, waar hij een paar honderd meter voor de groep bleef. Ook in de rit met de ‘Strade Bianche’ was hij in de vluchtgroep en eindigde als negende.
Tweede Nederlander in Montalcino was Koen Bouwman. Hij werd drieëntwintigste, net voor Vincenzo Nibali. Bij de start in Perugia stond hij opgetogen Wieler Revue te woord. “Ik ben zeker blij dat ik langer bij de ploeg kan blijven, ik heb het geweldig naar mijn zin. Het was al rond voordat ik me zondag liet zien in de etappe naar Campo Felice, maar het was een mooi moment voor de ploeg om het naar buiten te brengen.”
Dat moment zou nog veel mooier zijn geweest als Bouwman en zijn vluchtgenoot Bouchard niet vierhonderd meter voor de finish waren voorbijgestoken door Egan Bernal en anderen, waardoor de Nederlander genoegen moest nemen met een vijftiende plaats. Op een kilometer van de finish leek de voorsprong van meer dan een halve minuut op de achtervolgers groot genoeg voor een tweede Nederlandse etappeoverwinning.
Ook Bouwman zelf geloofde er toen nog in. “Ik moet zeggen dat ik me best wel sterk voelde, ik reed eerder ook makkelijk naar die Fransman toe en had het vertrouwen dat ik hem kon kloppen. Ik wist echter nooit hoe ver het peloton zat, want door de tunnel was er geen radioverbinding, maar toen ik even later omkeek en Bernal zag komen, wist ik wel: dat gaat hem niet meer worden.”
Het zou eindelijk weer eens een overwinning zijn geweest voor Bouwman die met zijn ritoverwinning in een bergrit van de Dauphiné van 2017 op weg leek naar veel meer. Hoewel hij er nooit heeft gewonnen, is het opvallend dat hij in Italië veel goede koersen heeft gereden. In 2015 won hij in de opleidingsploeg SEG Racing een etappe in de gerenommeerde ronde van de Aostavallei, het jaar erna tekende hij voor LottoNL-Jumbo. In 2018 reed hij in Italië een goede en aanvallende Week van Coppi en Bartali, alsmede een sterke Tour of the Alps.”
“Hoewel ik naar mijn gevoel niet zo vaak in Italiaanse wedstrijden start, voel ik me er altijd goed en rijd er lekker. De Giro rijd ik nu voor de vierde keer, het bevalt me steeds supergoed, ik heb er ook elk jaar wel mooie dingen laten zien en komt ook wel omdat ik in deze periode van het jaar doorgaans goed in orde ben richting de zomer. Ik vind het ook een supermooie koers, met een gave atmosfeer.”
“In de Giro is het ook niet heel hectisch qua media. Niet zoals de Tour dat je elke dag iemand te woord moet staan. Hier kan ik gewoon lekker fietsen. Ik heb overigens nog nooit de Tour gedaan maar van de jongens hoor ik genoeg. Jos van Emden zegt me altijd, je moet ooit één keer de Tour rijden en voor de rest altijd de Giro.”
“De mooiste momenten of etappes van mijn Giro’s... Tja, dan denk ik aan mijn eerste. Die van 2019, toen we met Primoz bijna een week aan de leiding gingen. Wij moesten controleren en de koers in hand houden en dat was mooi om te doen. Een specifieke etappe kan ik er niet uitpikken, maar die Giro vond ik tot nu toe mijn mooiste, omdat je een duidelijke opdracht hebt.”
Roglic eindigde de Giro 2019 als derde, nu is de klassementsman van de ploeg, George Bennett, al ver terug geslagen en kan Bouwman af en toe zelf aanvallen. Heeft hij voor nog meer verrassingen in petto?
“Ik voel me nog steeds goed, ik heb er veel zin in en ben nog niet klaar met deze Giro. Jazeker, hopelijk kan ik me nog een keer goed laten zien en in ieder geval voor een etappeoverwinning meedoen. Of het dan lukt is een tweede, maar ik wil me zeker nog laten zien in de finales.”
- Cor Vos