Zelf in het zadel | De meest helse klim die ik ooit deed: de Passo Fedaia ('Een lul van een klim')

In 'zelf in het zadel' schrijven onze redacteuren over hun eigen ervaringen op de racefiets. Deze keer over de Passo Fedaia, vandaag de aankomstcol in de Giro. Een beest van een klim (en erger dan dat als we onze redacteur mogen geloven...)

passo fedaia

In 2018 reed ik de Maratona dles Dolomites en besloot ik twee dagen voor die beproeving nog even een door mezelf bedachte beproeving te rijden: ongeveer het parkoers van de Maratona, maar dan in tegengestelde richting. Ongeveer, want ik verving een deel van de bekende Sella Ronda door de Fedaia. Dat heb ik geweten. Wat een onding.

Als je de Fedaia van de zware kant doet, begint de klim in Caprile, een plaatsje dat voor Dolomitiaanse begrippen met z'n 1000 meter boven zeeniveau laag gelegen is. In mijn geval had ik net de Passo Giau achter de rug. Al een pittige klim, maar het viel in het niet bij de 14 kilometer klimmen - weer naar boven de 2000 meter - die zou volgen.

Het begin is lieflijk. Je kunt tegen een kleine vergoeding aan de plaatselijke VVV zelfs een toeristisch uitje nemen door een soort rotsspleet (bijzonder onscherpe foto onderaan dit artikel toegevoegd). Met een gemoedelijke 5 procent kachel je rustig omhoog. De eerste kennismaking met de Fedaia is een fijne. Genieten geblazen!

Maar zoals het ook met mensen weleens gaat, leer je de ware aard van het beestje pas na verloop van tijd kennen. In het geval van de Fedaia is dat na het passeren van het plaatsje Malga Ciapela, als je zo'n acht kilometer achter de rug hebt. De mensen die de pas ooit van asfalt hebben voorzien, dachten op dat punt namelijk: bekijk het maar met je (haarspeld)bochten, vanaf nu is het rechtdoor, steil omhoog!

En dus rij je een paar kilometer tegen een muur op. Het lijkt voor het oog niet eens zo hard te stijgen, maar de benen zeggen wat anders. Tel daar nog eens wat wind - standje windmachine Hans Klok - bij op (uiteraard tegen) en je vindt jezelf in slakkentempo terug op een berg, ploeterend in het lichtste verzet dat je hebt.

Formule 1-coureurs halen op het rechte stuk hun topsnelheid, op de Fedaia geldt precies het omgekeerde.Tijd genoeg om te genieten van het prachtige uitzicht op de Marmolada-gletsjes - ware het niet dat genieten nu opeens het laatste woord is dat bij je opkomt.

Het eerste woord dat wél bij je opkomt? Lul! De Fedaia is een lul!

Want na het rechte stuk ben je er nog niet. Alsof je nog niet genoeg hebt afgezien, wachten er nog een paar heerlijke haarspelden op je. Heerlijk is hier enigszins cynisch bedoeld; het is wel beter dan dat rechte stuk, maar er zitten nog steeds stukken bij van 15 procent.

Ondanks deze ervaringen deed ik de klim een goed jaar later nog eens, in het kader van The Ride Dolomites, een zesdaagse tocht door de Dolomieten. Het rechte stuk was nog steeds recht. Het liep nog steeds steil omhoog. De windmachine van Hans Klok stond nog steeds aan. Kortom, de Fedaia was nog steeds een lul.

Het profiel van de Fedaia (beeld: RCS)
De alternatieve Maratona, met de Fedaia bij dat gekronkel onderaan de kaart.
De rit uit The Ride Dolomites, waarin de Fedaia nog steeds een lul was
De onscherpe foto van de lieflijke rotsspleet

Giro 2022

De Passo di Fedaia is dit jaar de aankomstcol van de 20ste etappe in de Giro, een rit over 167 kilometer van Belluno naar Marmolada, zoals de berg heet waar de col naartoe leidt. Voor de Fedaia krijgen de renners nog de Passo San Pellegrino en de befaamde Passo Pordoi (het dak van deze Giro) voor de kiezen. Al met al goed voor 4731 hoogtemeters.