André van den Ende

Analyse Giro: zeer vermakelijke ronde, op een manier zoals je in de Tour niet snel zult zien

Onze redacteur blikt terug op drie weken Giro. Dit viel hem op.

André van den Ende

Als je de Tour de France en de Giro d'Italia in Nederlandse snacks die in een ver, ver pré-coronaverleden nog wel eens rondgingen op een schaal in de kroeg zou moeten omschrijven, dan is de Tour wat mij betreft een degelijke bitterbal en de Giro zo'n hapje waarvan je aan de buitenkant niet helemaal kunt zien wat het is.

Bij een bitterbal - de Tour - weet je ongeveer wat je krijgt; het kan soms een beetje tegenvallen als het zo'n bitterbal is met heel veel draadjes erin, maar ook die is nog altijd wel prima weg te happen.

Het hapje waarvan je aan de buitenkant niet helemaal kunt zien wat het is - de Giro - kan enorm tegenvallen, bijvoorbeeld als het regent en het vliegtuig niet de lucht in mag, zodat er geen beelden van het hapje zijn, of als de regisseur dronken is en hij precies op het moment suprême beelden van de camera die de vuilnisbak met de filmt aan ons laat zien. Het kleffe-gefrituurde-rijst-hapje.

Maar meestal is het juist een heerlijk hapje. Niks kleffe gefrituurde rijst. Pittige kip, gesmolten kaas, gekruid gehakt! En verrassend en spannend is het altijd, zelfs als het dat vermaledijde rijsthapje blijkt te zijn.

Voor je te veel zin krijgt in gefrituurde snacks, zal ik de snack-beeldspraak even laten voor wat het is en gewoon zeggen hoe ik het heb beleefd: het was een heerlijke Giro, met veel onvoorspelbare momenten.

Wat vooral bijbleef, waren de vele ontsnappingen die het tot het einde haalden. In meer dan de helft van de ritten was dat het geval. Meer dan de helft! Het leverde schitterende koers op met klassiekerwaardige finales. Uiteraard die spannende laatste kilometers van Taco van der Hoorn, Bettiol die met Cavagna afrekent, het regengevecht tussen Campenaerts en Riesebeek; koersen zoals je ze in het Vlaamse voorjaar ziet, maar dan (bijna) elke dag na elkaar.

Met regen is ook een ander voornaam ingrediënt van deze Giro genoemd. Soms een spelbreker (als dat vliegtuig dus niet de lucht in mocht en we verstoken bleven van beelden), voor de renners altijd ellendig, maar voor ons op de bank prima. Het maakt koers toch nog net even wat epischer. En vooral ook onvoorspelbaarder; renners die er door de kou opeens doorheen zakken.

Tuurlijk, de Giro kreeg de op voorhand verwachte winnaar, maar het was veelbetekenend dat ook Egan Bernal vanuit het niets opeens niet meer zo oppermachtig was. Dat symboliseert voor mij eigenlijk precies mijn gevoel bij de ronde: je weet het nooit in de Giro. Een verrassing ligt altijd op de loer. Veel meer dan dat in de Tour ooit het geval zal zijn - als we het tijdritwonder van vorig jaar even buiten beschouwing laten. Forza Giro!

Columns
  • Cor Vos