Mohoric verklaart juichgebaar: 'Ik voelde me een crimineel twee dagen terug'

Met een snedige demarrage reed Mohoric in de slotfase weg van zijn metgezellen vooraan. Op het moment van zijn aanval zat hij zelf ook op de limiet, vertelde hij na afloop. "Ik had goede benen vandaag, maar nadat Nils Politt doortrok zat ik volledig op de limiet. Maar ik wist dat het moment zou komen om te gaan. Als ik zou exploderen en langs de kant van de weg zou komen te staan, dan was dat maar zo. Ik reed in de finale hele lage vermogens, maar ben zo aerodynamisch mogelijk gaan zitten. Mijn benen waren volledig kapot."

De Sloveen wist desondanks uit handen te blijven van de slecht samenwerkende achtervolgers. Met de politie-inval in het hotel van zijn ploeg Bahrain-Victorious in zijn hoofd reed Mohoric de laatste kilometer in. Zijn juichgebaar was vervolgens alleszeggend: met een vinger voor de mond en een ritsgebaar dat iedereen zijn mond moest houden, haalde Mohoric zijn gram. "Ik dacht aan twee dagen geleden. Ik voelde me een crimineel toen de politie langskwam. Het is goed dat er wordt gecontroleerd, maar ik ben teleurgesteld in de manier waarop. Dat de politie door al je spullen gaat, voelt gek. Ze hebben persoonlijke foto's doorzocht. Maar uiteindelijk is dat goed en geef ik er niet veel om."