De mooiste wielermomenten van 2021 (1) | De dag in de Tirreno waarop alles samenkwam: Mathieu's sadomasochistische martelarentocht

We nemen je mee terug naar de mooiste wielermomenten van een fantastisch wegseizoen. Uiteraard beginnen we er met eentje waarin Mathieu van der Poel de hoofdrol speelde. Onze redacteur over die prachtige helse rit in de Tirreno - of ja, hels... hij deed het zichzelf aan en dat was fantastisch!

mathieu van der poel
  • Tadej Pogacar Tadej Pogacar
  • Mathieu van der Poel Mathieu van der Poel

Mathieu van der Poel heeft het koud. Zeven woordjes die het begin zijn van een van de mooiste wielerdagen van het afgelopen seizoen. Want als Mathieu van der Poel het koud heeft, trekt hij niet zoals 'normale' wielrenners een extra (regen)jackie aan. Nee, Mathieu van der Poel gaat dan hard fietsen om het weer wat warmer te krijgen. Heel hard.

Op 70 kilometer van de streep van de 202 kilometer lange vijfde etappe van de Tirreno (Castellalto-Castelfidardo, de zogenaamde Tappa dei Muri) heeft-ie genoeg gebibberd. Op één van de muurtjes geeft-ie er een snok aan. Alleen de besten kunnen mee. Mannen als Van Aert, Pogacar, Bernal, Higuita, Landa.

Maar MVDP is nog niet klaar. Het tempo ligt te laag in de groep. Op 50 kilometer van de streep sneakt-ie er nog een keer vandoor. Niet een muurtje opknallen. Niet met een splijtende demarrage uit iemand anders wiel. Nee, gewoon harder rijden dan de rest. Nog 50 kilometer, ze geloven het wel. Laat die gekke Matje z'n gang maar even gaan.

Dat hebben ze geweten. Hij doet zichzelf misschien nog wel meer pijn dan de anderen en fietst drie minuten voorsprong bij elkaar. Drie minuten! Het lijkt binnen. We zien een Merckxiaanse Mathieu aan het werk. Vooroorlogse voorsprongen - en meer allitererende superlatieven.

Maar Mathieu is Mathieu; altijd als je denkt dat we het nu wel hebben gehad, volgt er nog een plotwending. In dit geval is het beste eraf bij Van der Poel en komt ene meneer Tadej Pogacar zienderogen dichterbij. De drie minuten smelten als sneeuw voor de zon in Italiaanse regen. Mathieu moet zichzelf nóg meer pijn doen. Hij dóét zichzelf nog meer pijn.

Bij de finish van deze zelfopgelegde sadomasochistische martelarentocht heeft hij nog tien seconden over op Pogacar. Hij ligt hulpeloos op het asfalt en beseft het zelf nog niet, maar wij weten nu: in 2021 waren er zes monumenten; de vijf die we al sinds jaar en dag kennen én Castellalto-Castelfidardo.

De uitslag van die eenmalige klassieker spreekt boekdelen. De namen, maar vooral de tijdsverschillen: 1. Mathieu van der Poel, 2. Tadej Pogacar op 10 seconden, 3. Wout van Aert op 49 seconden, 4. Fabio Felline op 1 minuut 26, 5. Egan Bernal op 2 minuut 7, 6. Davide Formolo op 2 minuut 7, 7. Tim Wellens op 2 minuut 18, 8. Alessandro de Marchi op 2 minuut 18, 9. Mikel Landa op 2 minuut 25, 10. Matteo Fabbro op 2 minuut 45.

Een voor een druppelen ze binnen. Na 13 minuten en 49 seconden komt er onder aanvoering van Alberto Bettiol iets van een pelotonnetje binnen. Het slagveld is niet te overzien.