André van den Ende

Column | Bladerpap (of hoe herfstblaadjes niet alleen bij de NS voor problemen zorgen)

Onze redacteur over een herfstfenomeen voor wielrenners dat hij 'bladerpap' noemt, en de problemen de dat oplevert.

André van den Ende

Aan de boom zijn ze prachtig. De geelroodbruine gloed van herfstbladeren die de bomen naast de Nederlandse fietspaden sieren zijn misschien nog wel mooier dan je nazomerrondje bij een ondergaande zon begin september. Maar zoals je in september weet wat er komen gaat (de helse winter!), zo weet je bij die blaadjes ook al wat je - letterlijk - boven het hoofd hangt.

Bladerpap.

Razendsnelle metamorfose

Op een gegeven moment slaan Moeder Natuur en de zwaartekracht namelijk de handen ineen en liggen die aan de boom nog zo prachtige blaadjes, vermengd met modder, regen en andere ellende, als smerige prut op de weg of op het fietspad. Een metamorfose waar menig Transformer een diepe buiging voor zal maken.

Ik noem het resultaat van die razendsnelle metamorfose dus bladerpap. Op het spoor hebben treinen er last van, op de wegen en fietspaden hebben wij wielrenners er last van. Het minste probleem van de bladerpap is dat ook onze dienstregeling niet meer zo stipt is (lees: doordat je je een weg door de bladerpap moet glibberen zal je gemiddelde lager zijn).

Maar goed, 0,3 kilometer per uur minder hard, daar zetten we ons nog wel over heen. Veel erger is de situatie dat je bij vertrek denkt aan een heerlijk 'schoon' ritje, onderweg geen regen hebt gehad, maar bij thuiskomst toch moet constateren dat je fiets er slechter aan toe is dan Mathieu van der Poel na de Parijs-Roubaix van oktober jongstleden.

Tekst gaat verder onder de advertentie

Na elk ritje poetsen

Door de bladerpap op de weg is het na elk ritje fiets poetsen geblazen - of je negeert het natuurlijk, maar het feit dat je vieze fiets ergens verderop staat, knaagt toch aan je als je 's avonds met je bakje borrelnootjes op schoot (overigens hebben borrelnootjes de kleur van herfstblaadjes, maar dat terzijde) een Netflix-serie zit te kijken.

Inmiddels prent ik het me voor iedere op het oog droge rit in: bladerpap, bladerpap, bladerpap. Hoe uitbundig de zon ook schijnt in deze periode (dat is ook niet echt het geval trouwens), er ligt altijd wel een stukje op de route waar z'n stralen niet bij kunnen en die nare, glibberige pap op de weg ligt.

En dus klinkt iedere rit de NS-omroepstem in mijn hoofd: 'Uw warme douche en bakje kwark hebben 25 minuten vertraging, u moet eerst uw fiets nog poetsen vanwege de bladerpap. Excuses voor het ongemak. U kunt een gratis kopje thee uit eigen waterkoker halen.'