Oud-wielrenner maakt transfer als masseur, van Alpecin naar Anderlecht: 'Voelde me een vreemde thuis' 

Er zijn geen miljoenen mee gemoeid, maar dit is toch een opvallende transfer... (En hij legt ook uit wat de verschillen tussen de wielrennersbenen en de voetballersbenen zijn in een massage)

massage

Alpecin-Fenix verraste eind vorig jaar zelf met een opvallende transfer, want het maakte in een hilarisch filmpje bekend dat het Deceuninck als sponsor overnam van QuickStep. De ploeg van de gebroeders Roodhooft werd zelf echter ook het slachtoffer van een minstens even opvallende transfer.

Oud-wielrenner Kenny Dehaes maakte namelijk de overstap van de benen van Mathieu van der Poel en Tim Merlier naar die van Joshua Zirkzee en Wesley Hoedt: van masseur bij Alpecin-Fenix maakte hij de overstap naar masseur bij voetbalclub Anderlecht.

Dehaes was dertien jaar lang profwielrenner bij onder andere gerommeerde ploegen als Lotto en Wanty-Gobert. Nadat hij z'n loopbaan beëindigde in 2019 werd hij van vaste klant op de massagetafel degene die zelf de spieren weer soepel maakt bij de ploeg van Mathieu van der Poel.

Maar afgelopen herfst solliciteerde Dehaes op een vacature bij Anderlecht in diezelfde functie; hij werd aangenomen. In de Vlaamse krant Het Nieuwsblad vertelt de 37-jarige oud-wielrenner waarom hij die opvallende overstap maakte.

"Vorig jaar heb ik twee grote rondes gedaan en in totaal meer dan tweehonderd dagen niet thuis geslapen. Wanneer ik dan thuiskwam, voelde ik me een vreemde. Ik dreigde een groot deel van de opvoeding van mijn zonen te missen en ook naar mijn vrouw Romina voelde ik mij schuldig omdat zij alle huishoudelijke taken op zich moest nemen."

Daarom dus nu voetballers in plaats van wielrenners. Dehaes merkt het verschil. "De massages in het voetbal zijn veel korter, maar wel intensiever. Bij een renner duurt een massage vaak een uur en behandel je de voeten, rug, benen en de nek. Maandag vroeg een van onze spelers om enkel zijn rechterkuit te masseren. Dat duurt amper tien minuten, maar je moet wel harder knijpen in de spieren. Voetballers hebben meer kracht. In een match doen ze elke inspanning à bloc, terwijl renners tijdens een koers enkel het laatste van de vijf uren voluit gaan."