Bauke Mollema zat vandaag andermaal mee in de vlucht van de dag die mocht strijden voor de ritzege in de twaalfde etappe van de Giro. Hij strandde op een vierde plek, maar er was nog iets anders gedenkwaardigs aan deze rit van Parma naar Genua.
Giro | Jonge Nederlander Gijs Leemreize moet meerdere erkennen in rappe ploegmaat Van der Poel
Tussen die twee steden deden de renners namelijk de Passo del Bocco aan, waar in de afdaling de Belg Wouter Weylandt om het leven kwam in 2011. Het was voor het eerst dat de Giro daar weer passeerde sinds dat noodlottige ongeval. Het deed wat met Mollema.
“Ik wist van tevoren natuurlijk dat we erlangs zouden rijden, maar in de afdaling zelf dacht ik er eigenlijk in eerste instantie helemaal niet aan. Maar toen zag ik op de plek zelf wat fotografen en mensen staan en kreeg ik toch wel kippenvel. Ik kreeg een beetje een raar gevoel in m'n lichaam. Het doet toch wel wat met je als je langs die plek rijdt en dan ben je er toch wel even mee bezig.”
Mollema gaf bij Eurosport daarnaast ook nog een mooi inkijkje in hoe zo'n ontsnapping nou ontstaat – of in dit geval is ontstaan in ieder geval.
“We reden met een mooi groepje weg bij de tussensprint. In de radio werd gezegd dat het daar wat technischer en bochtiger werd en dan weet je dat het op een lint gaat. Ik ging eigenlijk vrij gemakkelijk mee. Maar sommige ploegen hadden drie man erbij en dan weet je dat het lastig wordt met demarrages. Misschien probeer ik het komend weekend of anders in de derde week nog een keer.”
Beeld: Cor Vos