Andrei Tchmil over Van Aert: 'Volgens mij moet hij naar Lefevere toe, die kan hem grote koersen laten winnen'

In gesprek met Bahamontes gaat Tchmil, die tegenwoordig een wielerfabriek heeft in Moldavië, in op de huidige generatie. Nee, veel wielrennen kijkt hij niet meer. Maar voor de door hem geliefde klassiekers maakt hij ieder jaar een uitzondering. En dan kun je simpelweg niet om Wout van Aert en Mathieu van der Poel heen.

"Ze zijn de beste klassieke renners van hun generatie", opent Tchmil zijn verhaal. Om ze vervolgens haast vanzelfsprekend met elkaar te vergelijken. "Wie van hen beiden de sterkste is, is moeilijk te zeggen. Alleen, Van der Poel wint wedstrijden, en Van Aert is er telkens dicht bij: tweede of derde. Volgens mij doet zijn team het niet goed."

Ondanks de uitpuilende erelijst en het torenhoge niveau dat Van Aert aantikt bij Team Jumbo-Visma, is Tchmil niet onder de indruk van de Nederlandse ploeg. "Een klasbak als Van Aert mag je niet te veel laten rijden: veldritten, klassiekers, de Tour - en altijd op het scherpst van de snede. Het menselijk lichaam heeft zijn grenzen. Je kunt van een renner als Van Aert niet verwachten dat hij top is in elke wedstrijd. Zo maak je zijn carrière kapot."

De winnaar van Milaan-Sanremo (1999), Ronde van Vlaanderen (2000) en Parijs-Roubaix (1994) adviseert Van Aert dan ook te vertrekken. "Volgens mij moet hij naar Lefevere toe. Lefevere is de enige in het huidige wielrennen die de werkelijke waarde van een renner kan inschatten. Hij kan Van Aert grote koersen laten winnen. Wat heeft Van Aert al echt gewonnen?"