Ilan Van Wilder wil meer zijn dan knecht voor Evenepoel: 'Ik kan ook voor eindklassement gaan'

Remco Evenepoel verraste vriend en vijand door op z'n 22e de Vuelta te winnen. Die knalprestatie heeft hij onder meer te danken aan het harde labeur van zijn luxeknecht Ilan van Wilder. Van Wilder reed drie weken lang in dienst van Remco Evenepoel en offerde zo zijn eigen ambities op.

Maar Van Wilder is zelf ook niet van de minste. Meer zelfs, de nog maar 22-jarige wolf van Patrick Lefevere bewees al meermaals over heel wat talent te beschikken. Zo werd hij knap vijfde in de Ronde van de Burgos, voor Giro-winnaar Jai Hindley, en reed hij naar een dertiende plek in de Ronde van Lombardije.

Zelf was hij eigenlijk niet verrast over zijn prestaties tijdens de Vuelta, zo vertelt hij in gesprek met Rouleur. "Ik weet dat ik het talent heb om ook een ronderenner te zijn. Ik heb wat meer tijd nodig om mezelf te ontwikkelen, ervaring op te doen en een grote motor te ontwikkelen. Maar ik ben er van overtuigd dat ik het kan."

Eigen ambities

Vanwege zijn harde labeur tijdens de Vuelta werd Van Wilder al snel gezien als de rechterhand die Remco Evenepoel in de toekomst aan zeges in grote ronden moet helpen. Van Wilder ziet dat anders. "Mensen denken nu dat ik de rest van mijn carrière die helpersrol ga opnemen. Maar daar heb ik te veel talent voor als ik het zo mag zeggen."

"Ik wil zelf eerst proberen om voor het eindklassement van een grote ronde te rijden. Als ik daar niet in slaag, ga ik met plezier terug die knechtenrol opnemen, maar eerst wil ik mijn eigen ambities testen."

Seizoen 2023

Dan kan uiteraard de vraag gesteld worden wat zijn plannen voor komend seizoen zijn. "Daar heb ik het eigenlijk nog niet over gehad met de ploeg", vertelt Van Wilder, "maar onder normale omstandigheden mag ik voor eigen rekening rijden in de kleinere rittenkoersen en dan volgt een grote ronde. Wellicht wordt dat de Giro om Remco aan zijn roze droom te helpen, maar dat kan ook een andere grote ronde zijn, waarin ik dan een vrijere rol krijg. We zullen zien", aldus Ilan Van Wilder.