Na de emotionele zege van Lotte Kopecky was het vervolgens de beurt aan de mannen. In de kopgroep zat onder andere ex-winnaar Ludovic Robeet, maar de vlucht van de dag maakte nooit een kans op de overwinning. Ze werden bijgehaald net nadat de finale werd geopend door Sep Vanmarcke, die met een flinke versnelling de rest van het peloton onder druk zette.
Onderweg werd flink oorlog gemaakt, waardoor het voor sprintersploegen als Soudal Quick-Step, Intermarché-Circus-Wanty en Team DSM geen gemakkelijke zaak was om te controleren. Op ruim twintig kilometer van de meet sloeg Jasper De Buyst vervolgens een gat, maar hij was als solist wel flink in het nadeel.
Er lag echter nog een aantal kasseienstroken te wachten waarop iets te ondernemen viel voor de aanvallers. De Buyst begon aan de laatste stroken met een kleine voorgift, maar bij het opgaan van de kasseien werd hij voorbijgereden. Voor Victor Campenaerts het sein om ook eens aan de boom te schudden. De Belg van Lotto-Dstny werd echter gecontroleerd door Bert Van Lerberghe, die de hele dag afstopte in dienst van topfavoriet Tim Merlier.
Groupama-FDJ
De aanval van Campenaerts werd overgenomen door het Britse talent Samuel Watson. Groupama-FDJ zat sowieso met nog veel renners vooraan, waardoor Watsons teamgenoten het blok erop gooiden in de achtervolgende groep. Zodoende kon Watson in rap tempo een flink gat bijeen rijden. Op kop van het peloton zaten renners die al een flinke werkdag achter de rug hadden, waaronder Sjoerd Bax.
Watson kon zijn inspanning ook niet volhouden. Op 5,5 kilometer van de meet trok ook Florian Vermeersch nog eens ten aanval. Hij kreeg Sep Vanmarcke, Laurence Pithie en Lindsay De Vylder mee. Die laatste viel alleen weg vanwege een lekke band. In de achtergrond nam Trek-Segafredo het heft in handen, maar het was kantje boord tegen de drie hardrijders vooraan.
Al speelde de finish niet in het voordeel van de aanvallers, want die was getrokken op de keitjes van de Nokereberg. Ze reden onder de vod door met een voorsprong van zo’n vijf seconden. In het peloton regende het ondertussen valpartijen. In de slotkilometer reed een ijzersterke Van Lerberghe in een streep naar de koplopers, waarna Merlier vol overtuiging naar de zege spurtte. Hij bleef Edward Theuns en Milan Menten voor.