Het is voor Soudal-QuickStep tot dusver nog geen fantastisch seizoen. Tuurlijk, Fabio Jakobsen en Tim Merlier wonnen hun sprintjes her en der, maar in de eerste grote klassieke afspraken was de ploeg van Patrick Lefevere nergens.

Voor Milaan-Sanremo denkt de ploegbaas dat Julian Alaphilippe er zal staan. In zijn wekelijkse column in Het Nieuwsblad heeft hij daar wel een bijzonder reden voor. “Hij heeft wat last van de keel, wat bij Julian meestal een goed teken is. De typische pijntjes van de kopman voor een belangrijke koers.”

Buiten die Klazien-uit-Zalk-achtige (ken je haar nog?) beschouwing komt Lefevere ook met een meer inhoudelijke analyse. Als het niet voor vandaag is, dan zal de Fransman er in Vlaanderen zeker staan.

“De kans bestaat dat Julian vandaag nog tekortkomt, maar 300 kilometer afzien tussen Abbiategrasso en Sanremo gaat hem volgens mij veel deugd doen voor de Vlaamse koersen. Zo ging het vroeger ook met Tom Boonen: matig in het openingsweekend, beter in Sanremo, top vanaf Dwars door Vlaanderen, wat toen nog de eerste Vlaamse koers was.”

Pogacar

Toch ziet Lefevere dat de glans er wat af is bij Alaphilippe. Hij ziet niet meer het spelen op de fiets, dat hij tegenwoordig bij Tadej Pogacar ziet.

“Een overwinning zou goed zijn voor het moreel van Julian. Mensen gaan daar soms makkelijk over, maar er is een hele periode geweest waarin hij spelenderwijs koersen won, of het er toch zo kon laten uitzien. Het aura waarmee Tadej Pogacar nu rondrijdt – wie doet mij iets? – dat had Julian vroeger ook.’

Dat Alaphilippe die luxe niet meer heeft, leidt soms tot wat frustratie bij de Fransman, is de analyse van zijn ploegbaas. Er is een nieuwe generatie opgestaan.

“Sindsdien zijn renners als Vingegaard, Van Aert en Van der Poel opgestaan en speelt Julian niet meer in een klasse apart. Soms leidt dat tot frustratie, zoals vorige week zaterdag in Tirreno-Adriatico, toen hij het machtsvertoon van Wout van Aert op de Muro di Costa del Borgo beantwoordde met een wegwerpgebaar.”