Na afloop vertelde Adrie tegen WielerFlits over Parijs-Roubaix en de algehele ontwikkeling van zijn zoon. “Hij gaat geen procenten meer verbeteren, maar als hij een keer fatsoenlijk de Tour uitrijdt, komt er weer anderhalve procent bij. Hetgeen wat hij nu heeft gedaan, kon hij twee jaar terug niet. Dan reed hij Van Aert en Asgreen ook uit het wiel, maar dan hield hij het niet vol. Terwijl hij dat nu wel kan.”
Met de Ronde van Vlaanderen (2x), Milaan-Sanremo en Parijs-Roubaix heeft Van der Poel nu drie van de vijf monumenten op zijn naam staan. “Hij kan Luik ook aan”, vertelt Adrie. “Alleen daar moet je mentaal op voorbereid zijn. Dan moet je dit (de kasseienkoersen, red.) misschien wel laten vallen. Misschien denkt hij in de toekomst wel: ik gooi het om. Ik kwam er deze week ook achter dat hij eigenlijk niet graag op kasseien rijdt, haha.”
Diep respect
De grootste klus van de vijf monumenten zal de Ronde van Lombardije worden. Zeker in het tijdperk Remco Evenepoel en Tadej Pogacar. “Als Lombardije terug gaat naar hoe wij hem vroeger reden, dan zijn Wout en Mathieu terug de grote favorieten. Alleen is dat parkoers helemaal veranderd.”
Van der Poel wilde ook nog kwijt hoeveel respect hij heeft voor de wereldtoppers van tegenwoordig. Voor zijn zoon, maar ook voor Tadej Pogacar en Wout van Aert. “Hetgeen wat ze doen daar moeten we echt meer van genieten, en ze veel minder tegen elkaar opzetten. Ik heb heel veel respect voor ze.”