We berichtten rondom de openingstijdrit van deze Giro al over de zogenaamde ‘snelle huid’ van Remco Evenepoel en nu de tweede tijdrit vandaag op het programma staat, duiken we nog eens dieper in het tijdritwonder dat Remco Evenepoel is.

De Aerokogel van Schepdaal is als lichte renner zelfs in vlakke tijdritten wereldtop en daar is een aantal factoren voor aan te wijzen. In Het Nieuwsblad doet specialist Victor Campenaerts een paar van die bijzondere eigenschappen uit de doeken.

T-rex-armen

Zo beschikt Evenepoel volgens Campenaerts over een aar dinosaurusarmen die hem voordeel opleveren. “Remco heeft korte voorarmen, in een analysefilmpje over één van zijn tijdritten heb ik wel eens het woord T-rex-armen horen vallen. Dat kan ik wel volgen. Zijn bovenarmen gaan bijna helemaal schuil achter zijn handen die als eerste de wind breken.

Lenig

Van de armen gaan we naar zijn schouders. Ook die kan Evenepoel in een positie manoeuvreren die hem voordeel opleveren. “Remco is als tijdrijder ontzettend lenig. Hij heeft een hele goeie flexibiliteit in de schouders, waardoor hij diep door kan hangen. Hij kan in een super gunstige aero-positie nog altijd heel hard trappen.”

Bivakmuts

En dan is er ook nog iets waarmee het lichaam van Evenepoel niks te maken heeft: die opmerkelijke helm met muts erin van Specialized waar (onder andere) de renners van Soudal-QuickStep mee rijden.

“Ik heb daar zelf ook veel tests rond gedaan destijds. Intuïtief zou je denken dat het bij een tijdrit enkel van belang is hoe de wind over de helm loopt, maar er gebeurt ook van alles binnenin een helm. Ook daar heb je veel luchtcirculatie.”

“Het idee van de bivakmuts, waarmee je het hoofd egaal maakt, Ik was er graag zelf op gekomen. Door die muts maakt het ineens niet meer uit of je lang haar hebt of flaporen, bij wijze van spreken. Ik heb altijd gedacht dat het een heel beklemmend gevoel moest geven, maar Yves Lampaert zegt me dat het heel erg meevalt.”