De Zesdaagse van Gent in het befaamde Kuipke is een schitterend evenement waar natuurlijk topsport wordt bedreven door de beste baanrenners – onder andere wereldkampioenen Yoeri Havik en Jan Willem van Schip doen deze editie mee. Maar het is ook een beetje een cultevenement.

En bij dat beeld horen de derny’s. Ze zijn net zo onlosmakelijk met de Zesdaagse verbonden als bier en frieten. Moreno De Pauw kent ze inmiddels vanuit twee perspectieven. Eerst reed hij erachteraan, want hij was een succesvol baanrenner – in 2017 haalde hij brons op het WK in de koppelkoers.

Eerder deze week maakt hij zijn debuut óp de derny, als gangmaker voor een renner in de dernykoersen die onderdeel zijn van de Zesdaagse. Hij vindt het prachtig, maar vindt wel dat de derny de derny moet blijven. Op de Spelen en op het WK zijn ze vervangen door elektrische derny’s.

Deel van het spektakel

“Het gebrom van de derny’s is deel van het spektakel. Elektrisch rijden zou voor mij het einde van discipline zijn. Maar door de jaren zijn we al veel ecologischer geworden. We rijden op Aspen, de meest ecologisch benzine die ze ook in tuinbouw gebruiken”, zegt De Pauw tegen Het Nieuwsblad.

Toch zou elektrisch rijden nog meer voordeel opleveren dan alleen het ecologische aspect, want communicatie tussen gangmaker en renner is nu eigenlijk onmogelijk.

“Communicatie is moeilijk. Daarvoor maken de derny’s te veel lawaai. Je probeert achterom te kijken, maar dat is niet simpel. Ik heb het gelukkig zelf nog niet mee gemaakt, maar als renner vaak genoeg gezien: een gangmaker die nog een halve ronde doorrijdt terwijl zijn renner al lang is gelost.”

Tekst gaat verder in het artikel

Benzine bijvullen

Met de benzinemotor van nu heeft de gangmaker nog een delicaat klusje, vooral als er op een houten baan wordt gereden: het bijvullen van de benzinetank, die in een soort ‘vat’ onder het stuur zit.

“Het is om de twee dagen tanken. Bij een wedstrijd op een houten piste is het waarschijnlijk de belangrijkste regel als gangmaker: zorgen dat je niet morst als je bijvult met het bidonneke.”