Zoek niet naar Victor Campenaerts op de Belgische wegen deze winter. Hij en zijn vriendin Nell hebben hun hele hebben en houwen in de auto gestopt, een huis gehuurd in Spanje en zitten tot Omloop Het Nieuwsblad begint in een veel milder klimaat.
Veeg uit de pan voor De Vlaemick
Daar heeft Campenaerts tot dusver zeker geen spijt van, zegt hij in Het Nieuwsblad. “Als ik foto’s van het verschrikkelijke weer in België zie, beklaag ik het mij zeker niet. Toen we hier begin november voor het eerst gingen fietsen, hadden we een korte broek aan getrokken, maar wel een onderlijfje en een shirt met lange mouwen. We zijn moeten terugdraaien om dat uit te doen want we hadden te warm.”
Volgens Vocsnor is het trainen in mooi weer niet alleen voor het gevoel fijner, maar ís het ook echt beter. Daarbij moet Roger De Vlaeminck het ontgelden.
“Roger De Vlaeminck mag dan wel zeggen dat een echte Flandrien in de regen traint, maar er zijn alleen maar onderzoeken die aantonen dat warmteprikkels nuttig zijn. Kou lijden bij vijf graden, daar heb je niets aan.”
Mentaal gemakkelijker
Campenaerts staat bekend om zijn revolutionaire ideeën. Nu is overwinteren in Spanje dat niet direct, maar toch denkt hij dat het hem een hoop voordeel oplevert.
“Met de ploeg hebben wij de vrijheid om in december zelf onze trainingsstages te plannen en van daaruit ben ik op het idee gekomen om een hele winter vanuit Spanje te gaan trainen. Dat scheelt een heel aantal reisdagen en dat zijn net de dagen waarop je niet of amper kan trainen. Dat vliegen en die taxiritten matten je ook af, maar zonder er beter van te worden. Door hier te blijven, kan ik die overslaan. Dat scheelt.”
En dus leeft Campenaerts nu als een God in Zuid- ehhh… Spanje. “Als je in België na drie weken rust weer op de fiets moet springen, dan vraagt dat op mentaal vlak wel wat. Hier was dat een heel stuk aangenamer. We maakten een ritje naar de kust en aten er wat tapas. Het voelt een beetje als vakantie en als je job als vakantie aanvoelt, dan is dat uiteraard prettig.”
Tekst gaat door onder de advertentie
Geen Calpe
Campenaerts zou Campenaerts niet zijn als-ie het toch niet nét wat anders aanpakt dan het gros van de renners. Die zitten namelijk allemaal in de streek rond Calpe. Campenaerts huurde zijn huis ergens anders.
“Na elf jaar als prof was ik die wegen in Calpe goed beu. We wonen halverwege de klim naar Canillas de Aceituno. Daar had ik tot voor kort ook nog niet van gehoord. Dat ligt in Andalusië, zo’n 50 km ten oosten van Malaga. Het is hier steviger klimmen dan in Calpe. Met een 39-28 zou je hier je benen redelijk kapot trainen, met 34 voor- én achteraan raak ik overal op souplesse over.”