Tim Merlier heeft na het vertrek van Fabio Jakobsen bij Soudal Quick-Step het rijk enigszins alleen als sprinter (enigszins, want de ploeg trok wel het Amerikaanse talent Luke Lamperti aan). Maar hij blijkt ook van iets heel anders te dromen dan sprintzeges.
De oud-Belgisch kampioen heeft namelijk een voorliefde voor de motorsport, die hem al met de paplepel werd ingegoten, zo vertelt hij in een uitgebreid interview met Het Nieuwsblad.
Het gaat over gravelen en of Merlier dat, net als veel andere oud-profs, na zijn carrière fanatiek wil blijven doen. "Doe mij dan maar achteraf een Parijs-Dakar op de motor. Uiteindelijk ben ik ook met een crossmotor begonnen. Al op mijn vijfde reed ik al spelend rond, al deed ik weinig aan competitie."
"Mijn stiefbroers zijn blijven motorcrossen. Jarno De Meuleneire werd dit jaar nog vicekampioen bij de MCLB (Belgische motorsportbond, red.). Parijs-Dakar is één van mijn dromen voor na mijn carrière, maar dat wil ik dan wel op een goed voorbereide manier doen."
Hardlopen
Het hoeft niet alleen maar gemotoriseerd van Merlier. Hij vindt hardlopen ook leuk. En ook bij deze liefhebberij speelt een relatie in de privésfeer een rol. Hij liep op 1 november mee in een wedstrijd in Ploegsteert.
"Dat komt eigenlijk op vraag van papy Jean-Jacques (de vader van Frank Vandenbroucke, red.) die meer dan veertig jaar geleden met die loopwedstrijd begon. Het is de enige loopwedstrijd van het jaar. Vroeger deed ik in Kruisem ook nog mee daags na het BK op de weg, maar dat is al een tijdje geleden. In het begin van mijn relatie met Cameron (Vandenbroucke, ex-atlete, red.) had ik last om haar te volgen, maar ondertussen lukt dat."
Tekst gaat verder onder de advertentie
Paar keer per week
Merlier probeert ook tijdens het wielerseizoen nog hard te lopen. Vroeger was dat een doodzonde voor wielrenners, maar tegenwoordig wordt het zelfs aangemoedigd, mits niet te grote afstanden en niet al te hard (wat Merlier noemt qua snelheid is voor een geoefende profwielrenner niet hard).
“Indien ik geen rittenkoersen heb, probeer ik een paar keer per week een half uurtje te lopen. In een tempo van 4,5 à 5 minuten per kilometer. Het is te zien hoeveel moral ik heb. Dat doe ik al sinds ik veldrijder ben. Al verwaarloosde ik dat vroeger in de zomer, maar nu niet meer. Dat is dan mijn nuchtere training in Wortegem-Petegem. Dat is plezant en niet slecht voor je totale ontwikkeling als renner.”
- Photo: Tim van Wichelen/Cor Vos © 2023