Analyse | Evenepoel heeft de code om Pogacar te verslaan gekraakt in de Amstel Gold Race

Toen Tadej Pogacar metgezel Julian Alaphilippe bedankte voor de moeite en solo verder ging dacht zo'n beetje iedereen dat het gedaan was. Op 43 kilometer van de finish reed de wereldkampioen alleen aan de leiding in de Amstel Gold Race. Meestal weten we dan wel hoe laat het is... Boeken dicht, over en uit. Maar dit keer niet, dankzij een geweldige Remco Evenepoel.

Evenepoel bleef ijzig kalm

Op 43 kilometer van het einde hield niemand er nog rekening mee, maar toch gebeurde het: Evenepoel en Skjelmose kwamen terug. Dat Skjelmose won was uiteindelijk het verdikt van de Amstel Gold Race, maar dat Pogacar teruggefloten werd was toch echt hét moment van de zondag. Dat gebeurt namelijk zelden of nooit. De laatste keer was in rit elf van de vorige Tour de France, toen Jonas Vingegaard hem tot de orde riep.

{{ trans('customs.newsletter_signup.responsemsg') }}

{{ trans('customs.buttons.signup') }}

Vul een geldig emailadres in. {{ errors . email[0] }}

Maar dat was na een hongerklop en nu niet. Nu waren het enkel de benen van Pogacar en Evenepoel die de waarheid spraken. De olympisch kampioen reed een weergaloze achtervolging. Skjelmose won dan wel, maar de Deen gaf na afloop openlijk toe dat zijn Belgische kompaan vrijwel al het werk deed. Het was dus een man-tegen-man tussen Evenepoel en Pogacar. Een duel in de koers, die normaliter altijd gewonnen wordt door Pogacar. Maar nu dus niet. Nu won Evenepoel het spierballengevecht.

Hoe dat kan? Dat is eigenlijk vrij simpel. Het geheim zit hem in de fase vlak na de aanval van Pogacar. Toen de Sloveen meesprong met een flitsende demarrage van Alaphilippe, was Evenepoel in geen velden of wegen te bekennen. Hij zat te ver, maar bleef vervolgens ijzig kalm. En precies daarom lukte het hem later in de finale om de wereldkampioen tot de orde te roepen.

Lessen getrokken uit 2024

Wat dat betreft was de Amstel Gold Race een totaal andere koers dan de Ronde van Lombardije of het WK van vorig jaar. Toen sloeg de paniek toe en werd er zo hard mogelijk gereden om Pogacar snel terug te halen. Evenepoel was een van de renners die er een hollen-en-stilstaan-achtervolging van maakte in Zürich, waardoor de Sloveen zijn aanval van 100 kilometer succesvol kon afronden.

Twee weken later in de Ronde van Lombardije werd Evenepoel vakkundig de nek omgedraaid door Pogacar. Toen de UAE-kopman op de Colma di Sormano wegreed, probeerde Evenepoel zo snel als hij kon de rest van zich af te schudden en naar de top te knallen. Daar verspilde hij echter zoveel energie mee, dat hij in het dal minuten verloor op Pogacar.

Evenepoel heeft duidelijk zijn lessen getrokken uit die verloren koersen in 2024. Zijn aanpak in de Amstel was volledig anders. In plaats van op de Kruisberg en Eyserbosweg volle bak omhoog te knallen in de hoop de sprong naar Pogacar te maken, bewaarde hij de rust. De olympisch kampioen zette ploegmaat Ilan Van Wilder op kop en probeerde zodoende nog wat te sparen, terwijl Pogacar vooraan moest strijden om z'n voorsprong uit te bouwen.

De code gekraakt

Van Wilder hield dankzij een stel superbenen het verschil met Pogacar onder de veertig seconden. Eenmaal op de Keutenberg was het aan Evenepoel zelf. Maar ook toen bleef hij opvallend rustig. Hij nam de leiding en voerde het tempo op, maar smeet niet met zijn krachten. Op de uitloper kon hij daarna niet reageren op Skjelmose, maar even later maakte hij gebruik van gesukkel bij de achtervolgers en muisde er alsnog vandoor.

Toen Evenepoel eenmaal bij Skjelmose aansloot, werd duidelijk dat er iets bijzonders stond te gebeuren. De voorsprong van Pogacar groeide niet meer. Sterker nog, hij slonk. Evenepoel kwam - met Skjelmose op de bagagedrager - stapje bij beetje dichterbij en na de Cauberg, Geulhemmerberg en Bemelerberg was het moment daar. Op iets meer dan acht kilometer van de streep werd Pogacar ingerekend door Evenepoel.

En daarmee heeft Evenepoel, zonder te winnen, de code om Pogacar te verslaan gekraakt. Valt Pogacar aan, dan moet je niet proberen om direct mee te springen, want dan smijt je met je krachten. Je moet ook niet proberen om hem zo snel mogelijk terug te halen, want dan krijg je hetzelfde resultaat. Je moet eerst het bordje van je ploegmaats leeg eten en een gedegen achtervolging op poten zetten. Pas daarna moet je proberen het gat te overbruggen. Dat is de enige manier om op lastige parkoersen een kans te maken tegen Pogacar.