Bondscoach Moerenhout noemt twee Nederlandse renners die in de toekomst kunnen meespelen in heuvels: 'Zij moeten het gat dicht rijden'

Bondscoach Koos Moerenhout zag dat Nederlandse prestaties uitbleven in de heuvelklassiekers, maar hij ziet ook talenten die het gat kunnen vullen. 

Moerenhout

In de Amstel Gold Race was Frank van den Broek op plek 26 de beste Nederlander, in de Waalse Pijl was dat Milan Vader op plaats 52 en in Luik-Bastenaken-Luik was het nog minder en finishte Koen Bouwman als eerste Nederlander. Op plaats 73. Bondscoach Koos Moerenhout zag dat het niet goed was, maar vertelt tegen WielerFlits dat hij er niet te zwaar aan wil tillen.

Geen aansluiting

"De conclusie die je kunt maken van de voorbije klassiekers, is dat er weinig Nederlanders meededen", stelt ook Moerenhout. "En dat de uitslagen er ook niet waren. Dat is duidelijk. Natuurlijk zie je dat liever anders en hoop je op meer, maar het is wat het is. Ook jonge jongens kunnen de aansluiting op dit moment nog niet maken, maar ik hoop wel dat dat komt."

De bondscoach zegt desondanks dat hij hoop heeft voor de toekomst. "Thymen Arensman moet die heuvelklassiekers in potentie ook aankunnen, maar dat vereist wel keuzes binnen zijn programma. Dat geldt ook voor Bouwman, die was nu niet op z'n best."

En dan is het verder vooral hopen op de volgende stappen van jonge talenten. Moerenhout noemt er zelf twee van wie hij een en ander verwacht. "Bij de jongere heb je Menno Huising. Die won als belofte twee jaar geleden de Ardense Pijl, die nog zwaarder is dan Luik-Bastenaken-Luik onder 23. Tijmen Graat won een hoog aangeschreven U23-koers. Dan mag je hopen. Zij moeten het gat naar de top dicht rijden."

Tibor Del Grosso

De komende drie seizoenen is het WK uitgetekend voor klimmers. Eerst in Rwanda, dan in Montréal en vervolgens in Sallanches. Gaat Nederland dan genoegen moeten nemen met een bijrol? "Je hoopt dat die oude garde nog een paar jaar mee kan, maar dat anderzijds de jonkies de aansluiting kunnen maken bij de top. Van de echt jonge jongens is het uitkijken naar Graat en Huising."

De jonge renner die het verst staat in zijn ontwikkeling is echter Tibor Del Grosso, die vorig jaar op het WK U23 liet zien ook goed bergop mee te kunnen. "Als liefhebber en ook als bondscoach hoop je dat in zijn spoor een aantal generatiegenoten mee gaan groeien. Hij gaat in zijn ontwikkeling heel snel. Ik hoop dat Tibor de komende jaren richting de heuvelklassiekers ook stappen kan blijven zetten."