/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F05%2FaMZOqB9qss8HWk1746616849.jpg)
Boogerd zat onlangs in de podcast Stamcafé Koers, waar hij onder meer een heerlijke anekdote vertelde over de Tour de France van 1996. Daarnaast ging het ook nog over het zijn van kamergenoot van Pieter Weening. "Daar kan ik ook heel veel over vertellen", lacht de Hagenaar.
Aanval
Weening snurkte namelijk en hij slaapwandelde. "Niemand kon met hem slapen, maar ik kon dat wel. Hij is dertien jaar jonger, maar ik vond het perfect om met hem op de kamer te liggen. Vanaf het moment dat hij prof werd, lag hij met mij op de kamer. Maar hij snurkte als een beenhouwer, dat was niet normaal."
Een zetje geven was ook geen optie, lacht Boogerd. "Hij werd dan helemaal gek. Hij kon je gewoon vermoorden in je slaap, hè. Hij ging eens plassen. Ik zei nog: 'Weening, wat ben je allemaal aan het doen.' Maar hij was aan het slaapwandelen."
"Dus ik wilde hem wakker schudden. Zo van: ga in je bed liggen. Nou, hij viel me aan midden in de nacht, hè. Die wist dat helemaal niet, en de volgende ochtend wist hij dat ook niet meer, maar hij kneep echt mijn keel dicht. Dat was Weening."
Thomas Dekker
Het ging ook nog over Thomas Dekker, die in het boek Mijn Gevecht samen met Thijs Zonneveld terugblikte op zijn tijd bij Rabobank. Dekker spaarde daar niemand bij. Boogerd: "Dat was een grotere klap dan mijn dopingbekentenis zelf. Dat boek heeft me echt genekt. Dat was wel echt pittig."
Zeker omdat Dekker een vriend van hem was. "Hij kwam bij mij thuis, hij speelde met mijn zoontje. Ik kon heel goed met Thomas. Ik ben iemand van de feitjes en wielerhistorie. En hij ook. Dat klikte gewoon. Als we het dan over Michele Bartoli hadden, konden we echt over bepaalde koerssituaties hebben."
"Dat boek was een mes in de rug. Er zijn verhalen in verschenen waarvoor je je schaamt. Zo simpel is het. Hij heeft later ook wel gezegd dat hij is gestuurd door bepaalde mensen. Maar daar koop ik weinig voor. Ik heb maar twee jaar met hem opgetrokken. Mijn ex-vrouw zei vroeger ook dat hij als haar kleine broertje was. Dan komt zoiets wel binnen natuurlijk, want hij was deel van ons leven."
Boogerd sprak Dekker erover aan. "Hij was daar ongemakkelijk over, maar later heeft hij gezegd dat hij het nu anders zou doen. Ik ben hem één of twee keer tegengekomen. Helen is een groot woord, maar ik weet ook dat ik een leuke tijd met hem heb gehad en veel heb gelachen."
- Cor Vos