Arensman kende opvallende dag: 'In het begin voelde ik me opgeblazen en slecht, maar in de finale voelde ik me goed'

Thymen Arensman had halfweg de elfde etappe een moeilijk moment, maar nadien werd hij beter en beter tijdens de etappe.

Arensman

 Het was een bijzondere dag in de Giro d'Italia, want halfweg koers lag er een loodzware klim: de Alpe San Pellegrino van bijna veertien kilometer aan 8,8 procent. Die col lag echter op negentig kilometer van de meet, maar toch was het Egan Bernal die daar eens flink versnelde. Wie daar een moeilijk moment kende: zijn ploegmaat Thymen Arensman.

Slecht

"Ik voelde me daar heel slecht", zo vertelde Arensman na afloop bij Eurosport.  "Ik wist het al toen ik opstond. Ik voelde me opgeblazen, en eigenlijk gewoon slecht. Het was ook heel erg benauwd in het begin. Egan wilde toch aanvallen. Ik dacht: het is ver van de finish, dus doe het maar."

Later wist de Nederlander van INEOS Grenadiers toch weer terug te keren vooraan. "Ik kon wel blijven pacen en dat gaf vertrouwen dat ik kon terugkeren bij de groep. En juist in de finale voelde ik me weer goed worden, want dat waren ook iets minder steile klimmetjes."

Arensman wijdt zijn mindere moment aan een aantal dingen: de benauwdheid en de moeite die hij weleens kan hebben een dag na de tijdrit. "Dat is altijd een speciale dag", vertelt hij. "In het begin was ik echt slecht, maar op die zware klim kwam ik erdoor. Het geeft vertrouwen dat ik beter werd gedurende de dag, want juist toen Carapaz aanviel, was ik nog behoorlijk goed." 

Tiende

Al met al was het een zware dag voor de klassementsrenners, erkent ook Arensman. "Het duurde heel lang voordat de kopgroep weg was, want iedereen bleef maar springen. Uiteindelijk rijdt UAE Team Emirares ook gewoon een enorm tempo op die klim en wordt het uiteindelijk toch een dag voor de klassementsrenners."

 Arensman finishte uiteindelijk veertiende in de etappe in dezelfde tijd als jongens als Isaac Del Toro, Juan Ayuso en Primoz Roglic. Arensman staat nog tiende in het algemeen klassement, maar is wel dichter gekomen bij Adam Yates en Brandon McNulty.