/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F06%2F0fYF8O8sMnYdjB1749016732.jpg)
Remco Evenepoel kende een wisselvallig voorjaar. Hij kwam terug in koers met een zege in de Brabantse Pijl en reed ook een goede Amstel Gold, maar daarna waren de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik (en ook de Ronde van Romandië) beduidend minder.
Evenepoel vier maanden van de fiets
Voor zijn trainer Koen Pelgrim kwam dat niet als een verrassing. Hij had op training ook gezien dat Evenepoel heel goede dagen met veel mindere afwisselde.
"Hij is alles bij elkaar – door zijn winterbreak en blessures – vier maanden van de fiets gebleven. Zoiets kan je niet zomaar wegwerken", stelt Pelgrim.
Maar na het voorjaar verliep alles op rolletjes. De basis is nu aanwezig en dat is weer heel anders - beter - dan vorig jaar.
"Remco ligt in ieder geval beter op schema dan vorig jaar het geval was. Toen begon hij met een achterstand aan de hoogtestage voor de Dauphiné, was hij in het begin van die stage aan het struggelen en stond hij echt niet waar we hoopten dat hij zou staan", vergelijkt de trainer.
Lange periode consistent trainen
Na het blok met Ronde van Romandië deed Evenepoel even een weekje niks en daarna begon de voorbereiding op de belangrijkste wedstrijd van het jaar: de Tour.
"Na de opeenstapeling van wedstrijden in het voorjaar deed het weekje rust hem echt goed en kon hij met een behoorlijk goed niveau aan de hoogtestage beginnen. In dat opzicht is hij nu al een stap voor op vorig jaar."
Een stap verder dus dan vorig jaar, maar er moest nog wel heel wat gebeuren na het voorjaar wil hij Pogacar en Vingegaard partij kunnen bieden. En daarbij gaat het om de laatste procentjes.
"Je kunt relatief snel terugkomen op een goed niveau, maar het zijn die laatste procentjes die cruciaal zijn. Daarvoor moet je over een lange periode consistent kunnen trainen. We hopen dat Remco de komende weken die laatste twee, drie procentjes kan winnen."
Gewicht
Op één gebied is Evenepoel er al helemaal klaar voor, en dat kon weleens een belangrijk verschil zijn met vorig jaar, toen Evenepoel van ver moest komen qua kilo's. Pelgrim vergelijkt weer.
"Hij is anderhalve kilo lichter dan vorig jaar rond deze periode. Toen moest hij na de Dauphiné echt nog gewicht verliezen, terwijl het dit jaar veel meer geleidelijk aan is gegaan. We moesten vorig jaar zowel zijn competitiegewicht als vorm achterna hollen. Dat hij dat dit jaar niet meer moet doen, is positief."
"En als je in een korte periode veel gewicht moet verliezen, dan wreekt zich dat altijd op het gebied van kracht, herstel of zelfs beiden. Dat was het verhaal van vorig jaar: we moesten zowel zijn competitiegewicht als zijn vorm achterna hollen. Dat hij dat dit jaar niet meer moet doen, is positief", besluit Pelgrim.