/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2F2025%2F06%2F5BvkP6uPp0Plnx1750652643.jpg)
Hoewel Almeida als helper van Tadej Pogacar naar de start in Lille trekt, is hij tevens een grote favoriet voor het eindpodium. Vorig jaar werd Almeida al vierde in de grootste koers ter wereld. Analist Thijs Zonneveld vraagt zich in de podcast In de Waaier überhaupt af of Almeida een goede knecht gaat (kunnen) zijn voor Pogacar.
Versnelling
"Almeida heeft het allemaal zelf recht gebreid, daar heeft hij geen bijna geen hulp bij gehad van zijn ploeg", begon Zonneveld met zijn analyse over de Tour de Suisse. "Ik vond hem in de tijdrit en tijdens die solozege van vijftig kilometer heel indrukwekkend, maar in die twee tussenritten was hij niet fantastisch. Al won hij er wel één."
Net in dat soort ritten zou Pogacar Almeida goed kunnen gebruiken volgens Zonneveld. "Hij kan 'm het meest gebruiken in de Tour als Almeida ergens nog een heel harde versnelling kan plaatsen. Dat is waar Pogacar op zit te wachten vaak. Wat Tim Wellens goed kan, of wat Domen Novak soms kan als hij in vorm is. Drie of vier minuten keihard rijden en dan uitsturen, zeg maar."
Zo maakten Wellens en Jhonatan Narvaez het verschil voor Pogacar in de Dauphiné. "Maar dat is totaal niet wat Almeida goed kan en wat hij doet. Hij is natuurlijk veel meer van het doseren en achteraan rijden, terugkomen en een inspanning zo vlak mogelijk houden. Ik ben benieuwd of Almeida heel veel voor Pogacar gaat kunnen doen in de Tour de France."
Eerste week
Als Pogacar in de verdediging moet, dan zou Almeida volgens Zonneveld vooral van pas kunnen komen. "Als hij een dag niet goed is en Vingegaard is weggereden... Als Almeida een uur lang moet brommeren, dan kan hij dat wel heel goed. Maar hij is niet de meest geschikte renner als knecht."
Zeker omdat de Portugees ongetwijfeld hoopt om zelf een klassement te rijden. Al vraag Zonneveld zich af of het daarvan gaat komen. "Ik denk dat die eerste anderhalve week hem totaal niet ligt. Het zou me niet verbazen als hij al op tien minuten staat voordat ze de bergen ingaan, omdat hij er een keer heeft bij gelegen of omdat hij drie keer te ver zat voordat ze aangingen."
- Cor Vos