Mathieu van der Poel had geeneens superdag: 'Ik kon alle klimmetjes maar net overleven'

Van der Poel zat constant van voren tijdens de finale, maar moest wel hopen dat alles bij elkaar zou blijven. De Nederlander had na de steile klimmetjes namelijk geen helpers meer tot zijn beschikking. Hij bleef rustig en wist op de oplopende helling Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard naar plek twee en drie te verwijzen.

Geen superdag

Toch was Van der Poel niet op z'n best, vertelde hij na afloop. "Het moest echt uit mijn tenen komen", vertelde hij tegen de NOS. "Ik had geen superdag, maar door de ploeg zat ik overal perfect gepositioneerd. Ik kon alle klimmetjes net aan overleven. Op het eind was ik zo gebrand, want het is al zo lang geleden dat ik een Touretappe won, waardoor ik deze niet wilde laten schieten."

{{ trans('customs.newsletter_signup.responsemsg') }}

{{ trans('customs.buttons.signup') }}

Vul een geldig emailadres in. {{ errors . email[0] }}

In de slotfase kwam Van der Poel vroeg op kop te zitten. Hij deed als het ware een lead-out voor zichzelf, om het vervolgens af te maken. "Dat vond ik niet erg, want ik had de finish goed bestudeerd. Wie als eerste door de bocht zou komen, had een goede kans. Ik had alleen gehoopt dat het korter zou zijn naar de finish. Mijn benen liepen vol en ik zag een voorwiel komen, maar het was net genoeg."

Geel

Dat Pogacar en Vingegaard tweede en derde eindigden, gaf de zege volgens Van der Poel nog meer glans. "Ik was wel favoriet, maar je ziet dat er allemaal klimmers vooraan eindigen. Dit maakt me trots. En ook het geel, want als je vroeg wint, is de kans groot op de gele trui."

 Na de zege van Jasper Philipsen op dag één kan de Tour de France voor Alpecin-Deceuninck al niet meer stuk. "Na gisteren kon het al niet meer stuk, en nu al helemaal niet. Beter kan gewoon niet, want voor mij is alles nu ook helemaal goed."