De 19-jarige klimrevelatie, die dit seizoen indruk maakte met onder meer brons op het EK, winst in de Tour de l’Avenir en een achtste plek in het Critérium du Dauphiné, kijkt niet op tegen de Sloveense superster. Integendeel: hij wil hem pakken wanneer Pogacar op zijn absolute top is.
'Mijn doel is hem verslaan op z'n best'
“De leeftijdskloof is nog steeds groot,” zegt Seixas tegen Eurosport. “We horen niet echt tot dezelfde generatie. Op een gegeven moment zal hij misschien wat achteruitgaan, maar mijn doel is niet om hem te verslaan als hij minder wordt — ik wil hem kloppen als hij op zijn best is.” Een gewaagde uitspraak, zeker van een renner die zelf toegeeft dat het nog ver weg is. Pogacar is pas 27, in de bloei van zijn carrière, en rijdt nog altijd op een niveau waar de rest nauwelijks bij in de buurt komt.
“Het lijkt nog ver weg,” zegt Seixas eerlijk. “Er zijn zoveel stappen te zetten om dat niveau te halen. Ik probeer rustig te blijven, mijn eigen tempo te volgen. Er is geen reden om mezelf op te leggen dat ik binnen twee jaar op zijn niveau moet zijn. Ik wil gewoon stap voor stap beter worden en de beste versie van mezelf zijn.”
'Niet dezelfde mentale zone'
Toch beseft ook Seixas hoe uitzonderlijk Pogacar is. Bij elk duel — of het nu de Dauphiné, het EK of het WK was — reed hij minuten achterstand op. En hij weet waarom. “Het is indrukwekkend,” vertelt hij in L’Équipe. “Wanneer je hem ziet rijden, denk je: ‘Oké, hier is niets aan te doen…’. Wij willen het tempo verlagen, hij wil het verhogen. We zitten gewoon niet in dezelfde mentale zone.”
- cor vos