Tour de France Femmes 2026 start in Zwitserland, gaat naar mythische Mont Ventoux en finisht in Nice

Zwitserse start vol precisie en panache

De Tour de France Femmes 2026 schrijft geschiedenis met een Grand Départ in Zwitserland. Op 1 augustus gaat het peloton van start in Lausanne, waar de eerste etappe van 137 kilometer meteen de toon zet. De rit bevat enkele korte hellingen, met een finale over de Côte Saint-François (2,5 km à 4,6%) – een ideaal decor voor puncheurs die meteen willen knallen.

Een dag later volgt een vlakke rit van Aigle naar Genève, waar de sprinters hun kans krijgen. Breed asfalt, strak tempo en een massasprint aan het meer van Genève.

{{ trans('customs.newsletter_signup.responsemsg') }}

{{ trans('customs.buttons.signup') }}

Vul een geldig emailadres in. {{ errors . email[0] }}

Van Zwitserse meren naar Franse wijnvelden

Na drie dagen verlaat de Tour het Alpenland en zet ze koers richting Frankrijk. Vanuit Genève trekken de rensters naar Poligny, een etappe die aanvallers op het lijf geschreven is. Daarna volgt een sleutelrit: een individuele tijdrit van 21 kilometer tussen Mâcon en Belleville-en-Beaujolais.

In het hart van het Beaujolais-wijngebied worden de verschillen in het klassement duidelijk. Het glooiende terrein, de korte bochten en het technische slot maken het een rit voor de allrounders, niet enkel voor pure specialistes. Maar de bergen komen eraan.

De Mont Ventoux als scherprechter

De zevende etappe, op vrijdag 7 augustus, belooft het absolute hoogtepunt te worden. Vanuit Bédoin trekken de rensters naar de top van de Mont Ventoux – 19,5 kilometer klimmen aan gemiddeld 7,9%. De wind, het kale maanlandschap en de grillige hellingsgraden maken van deze beklimming de ultieme test.

Na eerdere aankomsten op La Planche des Belles Filles, Col du Tourmalet en Alpe d’Huez, keert ASO terug naar een van de meest mythische bergen van Frankrijk. De verwachting? Een strijd tussen de beste klimsters van het peloton – met minuten verschillen aan de finish.

Spanning tot het slot in Nice

Na de Ventoux volgt geen parade. In de slotfase van de Tour trekken de rensters naar de omgeving van Nice, waar venijnige hellingen en technische afdalingen nog voor verrassingen kunnen zorgen. Het decor – zon, zee en scherpe bochten – biedt alle ingrediënten voor een laatste omwenteling in het klassement.

In de slotrit moeten de rensters viermaal de Col d'Eze op, maar of de Tour hier nog beslist kan worden is de vraag na de etappe naar de Ventoux, waar ongetwijfeld met minuten gegooid wordt.