Thijs Zonneveld fileert Alpenritten in Tour 2026: ‘Rit 18 is echt een verschrikking, dik vet buitenblad omhoog rammen’

De Tour de France 2026 is nog maanden weg, maar Thijs Zonneveld heeft zijn oordeel nu al klaar. De columnist en podcastmaker spaart de Alpenritten niet en noemt één etappe zelfs 'echt een verschrikking'.

Close-up van wielerjournalist Thijs Zonneveld met serieuze blik na een koers, symbool voor zijn scherpe kritiek op de Alpenritten van de Tour de France 2026.

‘Bergetappe’? Zonneveld ziet het anders

Toen het parcours van de Tour de France 2026 werd gepresenteerd, fronste Zonneveld direct zijn wenkbrauwen. Vooral de achttiende rit, naar het skioord Orcières-Merlette, zorgt bij hem voor plaatsvervangende schaamte.

“Rit 18 is wat mij betreft echt een verschrikking,” zegt hij onomwonden. “Een rit naar Orcières-Merlette, dat staat dan te boek als een bergetappe, maar het is eigenlijk gewoon een soort Unipuerto light. Dit is gewoon de hele dag eerst twee of drie procent en dan vijf procent. En dan Orcières-Merlette is zes procent ofzo. Dit is echt gewoon dik, vet buitenblad 35 per uur omhoog rammen.”

De rit die als bergetappe wordt aangekondigd, blijkt volgens Zonneveld vooral een optocht. “Het is gewoon saai. Er gebeurt niets tot de laatste vijf kilometer.”

Waarom hij het niet snapt

Zonneveld vraagt zich hardop af waarom de organisatie zulke ritten toevoegt. “De laatste keer dat we er waren, was denk ik in 2020. Roglic won daarboven. Jumbo trok ’m toen gewoon vanaf beneden als een soort massasprint aan en waren ze boven nog met een man of vijftien. Kleine verschillen. Van dit soort ritten is het me een raadsel waarom je ze erin zou stoppen.”

Hij noemt het zelfs “vreselijk” dat juist in de slotweek van de Tour gekozen wordt voor voorspelbare etappes. “In de eerste dagen van de Tour zou ik het nog snappen,” zegt hij. “Dan hou je de verschillen klein. Maar nu? Dit slaat nergens op.”

De Alpe d’Huez-rit stelt ook teleur

Een dag later trekt het peloton naar de mythische Alpe d’Huez, maar ook daar is Zonneveld niet bepaald enthousiast over. De kilometers vóór de slotklim zijn volgens hem te vlak om koers te maken.

Hij verwacht dat het klimrecord van Marco Pantani er misschien aan moet geloven, maar dat is volgens hem ook het enige spannende aan de rit. “Voor de rest zie ik weinig vuurwerk,” zegt hij. “Als je zo’n etappe maakt, moet je er ook iets van willen maken.”

Een Tour met te weinig pit

Wat Zonneveld vooral mist, is het vuur van eerdere edities. “Vorig jaar kon elke rit alle kanten op. Dat is nu helemaal losgelaten,” stelde hij eerder al. De eerste tien dagen van de Tour 2026 lijken volgens hem weinig verrassend, en ook de Alpenweek mist diepgang.

Zijn eindoordeel is hard maar duidelijk: een Tour zonder lef, waarin zelfs de koninginnenritten als een gemiste kans voelen.