Mathieu van der Poel maakt morgen zijn rentree in het veld. Ook na zijn blessure is hij torenhoog topfavoriet voor het Nederlands kampioenschap.
Aan WielerFlits vertelde de jongste van de broers Van der Poel dat het Nederlands kampioenschap geen druk met zich mee brengt. “Het is een wedstrijd zoals iedere andere.” Hij schrok wel van de beelden van zijn valpartij. “Omdat het onverwacht kwam. Als je slechter valt, kan het ook erger aflopen. Het was raar om mezelf zo te zien.”
Van der Poel vindt dat het parkoers in Sint-Michielsgestel hem goed ligt. “Ik heb er als nieuweling gereden, toen heb ik geloof ik gewonnen. Het technische rondje zal Lars Boom minder liggen en Lars van der Haar wat beter. Toch kijk ik vooral naar Corné van Kessel. Ik denk dat hij de belangrijkste man is om in de gaten te houden.”
Trots op de trui
En zijn broer David? “Die zie ik niet echt als concurrent. Hij is ziek geweest, maar ik denk dat hij wel redelijk in orde is. Ik heb nog niet met hem getraind, dus weet het niet zeker. Maar hij kan op kampioenschappen vaak wat meer.” En als ze samen strijden voor de titel? “Dan sprinten we erom. Ik geef geen cadeautjes. Kampioen van je land zijn is speciaal. Zo’n trui, dat vind ik belangrijk.”
Van der Poel heeft een tip voor de concurrenten. “Ze moeten harder rijden dan ik. Het is moeilijk te zeggen hoe ze me moeten kloppen. Ik weet het eigenlijk niet. Als je de rest van het seizoen bekijkt zou het inderdaad vreemd zijn als ik het NK niet win, maar we moeten de cross nog rijden. Als ik verlies, ben ik sowieso teleurgesteld. Het grotere doel is het WK in Luxemburg, maar ik ga er alles aan doen Nederlands kampioen te worden.”
Foto: Cor Vos