GIRO VANDAAG: Loodzwaar menu

Daags na de rustdag krijgen de renners het meteen weer flink voor de kiezen. De zestiende Girorit telt 175 kilometer, start in Pinzolo en finisht bergop in Aprica.

Zondag eindigde de rit met de klim naar Madonna di Campiglio en vandaag moeten de renners die nog eens doen. De startplaats Pinzolo ligt aan de voet van de klim die via Madonna naar de Campo Carlo Magno pas leidt. Pinzolo in de regio Trentino Alto Adige is een schilderachtig plaatsje van zo’n drieduizend mensen. Een wintersportplaats die afgelopen zomer menig voetbalploeg heeft geherbergd om de aanloop naar het nieuwe seizoen voor te bereiden.

Na de eerste klim trekt de Girokaravaan via de relatief gemakkelijke Tonale-pas naar de bekende wintersportplaats Ponte di Legno. Daar vandaan loopt ook een weg naar de Gavia, maar dat is niet voor deze Giro. De rest van de etappe speelt zich af in de regio Lombardia, waar een serieuze strijd geleverd wordt. Na een eerste passage in Aprica moeten de renners over de verschrikkelijke Mortirolo, alvorens in Aprica te finishen.

De Mortirolo-klim, een oorlogsroute tussen de valleien Valtellina en Valcamonica is sinds 1990 een regelmatig in de Giro terugkerende klim die elke keer een verpletterende indruk achterlaat.

Parkoers

Deze etappe is alleen maar belangrijk vanwege de Mortirolo. De klim van twaalf kilometer heeft een gemiddeld stijgingspercentage van tien en een halve procent en er zit geen stukje adempauze in voor de renners.

In 1994 maakte een jonge Marco Pantani de Mortirolo in één dag tot de populairste Giroberg. De licht kalende klimmer reed er de Spanjaard Miguel Indurain en de Rus Evgeni Berzin uit de wielen. Hij kwam als eerste boven en won de rit, met dezelfde slotklim naar Aprica.

Met de Mortirolo vergeleken is de licht hellende slotklim naar Aprica klein bier. Toch kunnen de vele inspanningen van de dag er grote verschillen maken. De laatste Giro-aankomst in Aprica was in 2010, toen Michele Scarponi de rit won.