/https%3A%2F%2Fcdn.pijper.io%2Fsource%2Fwieler-revue%2Fsource%2Fwielerrevue%2F2015%2F05%2FGiro-vandaag2.jpg "GIRO VANDAAG: De loper Abetone")
Etappe 5 van de Giro, over 152 kilometer van La Spezia naar Abetone. Vlak na de start in La Spezia in de regio Liguria rijden de renners via Sarzana het binnenland in voor de eerste lange, maar lichte klim: de Foce Carpinelli. In Sarzana wordt veel hout en ijzer ambachtelijk bewerkt en staan vanwege zijn strategische ligging heel wat Middeleeuwse forten en kastelen. Zoals het dertiende-eeuwse fort van Sarzanello. Na de bergpassage van de Carpinelli zijn de renners in de regio Toscana.
De slotklim naar Abetone, vertaald grote sparreboom, verwijst naar de talrijke sparren die zijn weggehaald om de pas toegankelijk te maken voor de in 1781 aangelegde weg. En blijkbaar was er een hele grote bij die de berg zijn naam gaf. De renners zullen zien dat er nog genoeg zijn overgebleven. In Abetone is een van de grootste skiërs aller tijden geboren. Zeno Colò werd in de jaren vijftig van de vorige eeuw olympisch en drievoudig wereldkampioen op de afdaling en reuzenslalom.
Parkoers
De eerste aankomst op de top van de Abetone is hooguit een vingerwijzing voor het verdere verloop van de koers. De slotklim is zeventien kilometer lang met een gemiddeld stijgingspercentage van ruim vijf procent. Halverwege is het steilste stuk van acht kilometer dat een stijgingspercentage heeft van zeven procent, met pieken van tien. Een loper noemen de kenners zo’n klim.
De Abetone mag niet zwaar zijn, de berg die Girorenners in 1928 voor het eerst beklommen heeft al heel wat wielerhistorie opgeleverd. In 1959 won Charlie Gaul er, maar Italianen staan liever stil bij de eerste grote solovlucht van Fausto Coppi in het jaar 1940. Coppi soleerde op die dag als knecht in de ploeg van Gino Bartali ruim honderd kilometer naar Modena en had die vlucht ingezet, uitgerekend op de Abetone.
De laatste keer won Francesco Casagrande in 2000. Vandaag zou een dag voor aanvallers als Diego Ulissi of Giovanni Visconti kunnen zijn, maar ook Philippe Gilbert kan hier uitpakken.