Voorbeschouwing: Strade Bianche 2019

Wie na het veldritseizoen dacht dat de onverharde wegen zo langzamerhand op waren, komt dit weekend bedrogen uit. Dan staat in het prachtige Toscane namelijk de Strade Bianche op het programma. Wieler Revue blikt vooruit op deze heroïsche koers.

Strade

Als een waar moddermonster kwam Tiesj Benoot vorig jaar als eerste over de streep in Siena. Dankzij een knap staaltje solowerk had de jonge Belg kampioenen als Romain Bardet en Alejandro Valverde achter zich gelaten. Dankzij de regen waren de Toscaanse zandwegen omgetoverd tot verschrikkelijke slikpaadjes. Wat dat betreft zullen we dit jaar totaal andere beelden zien, want waar we vorig jaar konden smullen van een natte Strade Bianche, zullen de Italiaanse gravelwegen er morgen een stuk droger bij liggen. 

Historie

Hoewel de Strade Bianche als een van de pareltjes op de hedendaagse wielerkalender geldt, kent de koers door Midden-Italië geen lange historie. Pas in 2007 vond de eerste editie voor profrenners plaats, nadat amateurs al tien jaar konden deelnemen aan een toertocht over gravelpaden. Binnen de kortste keren groeide de race uit van een onbenullig koersje tot een wedstrijd van wereldniveau. In 2017 waardeerde de UCI de koers tot 1.WT-niveau op en sindsdien kan de koers zich pas écht meten met eeuwenoude klassiekers als de Ronde van Lombardije en Milaan-San Remo. 

Ondanks de korte historie staat er een aantal illustere namen op de erelijst van de Strade. In 2008 won Fabian Cancellara de koers over witte wegen. De Zwitser herhaalde dat in 2012 en 2016. Michal Kwiatkowski won l'Eroica twee keer; in 2014 en 2017. Een Nederlander stond nog nooit op de hoogste podiumtrede, wel won zuiderbuur Philippe Gilbert de wedstrijd in 2011. 

 

Parkoers

Zoals gebruikelijk liggen start en finish in Siena, een van de grootste toeristische trekpleisters van Italië. Niet zo gek, want de binnenstad van Siena pronkt op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Voor alle pracht en praal in het Toscaanse stadje is echter geen tijd, want de renners moeten koersen. 184 kilometer welteverstaan, en daarvan gaat 63 kilometer over grindpaadjes. Aan klimwerk is eveneens geen gebrek: in totaal krijgen de coureurs liefst vierduizend hoogtemeters voorgeschoteld. Mama mia!

De renners krijgen al die gravelkilometers natuurlijk niet in een keer voor de kiezen. Ze zijn opgedeeld in elf stroken, variërend van 1,1 tot 11,9 kilometer. De pittigste sector is de Monte Sante Marie, sinds een paar jaar de Settore Fabian Cancellara geheten. Deze strook is lang, bezaaid met bochten en geen moment vlak. De afwisseling tussen dalen en klimmen heeft in het verleden al vaker voor verrassende koerssituaties gezorgd. 

Na het afronden van de Cancellara-strook is het liefst twintig kilometer tot het volgende gravelpad. Die is er niet minder berucht op: de Vico de Arbia mag dan slechts achthonderd meter tellen, met stijgingspercentages tot 20% is ook die strook niet voor de poes. Ook de laatste gravelstrook mag er wezen: Le Tolfe is slechts 1,1 kilometer lang, maar is met maximaal 18% een ware kuitenbijter. Tiesj Benoot benutte vorig jaar zijn kans glansrijk door hier weg te springen van zijn twee medevluchters.

In de slotkilometers staat de renners dan nog één loodzware beproeving te wachten. In de binnenstad van Siena loopt een smal weggetje tussen statige Italiaanse panden steil omhoog. Vorig jaar viel Wout van Aert er haast van z'n fiets af en mocht de winnaar vanmiddag nog niet gevlogen zijn, dan zal het flink spannend worden op de Via Bianchi di Sotto. 

Favorieten

Vorige week was Zdenek Stybar in de Omloop het Nieuwsblad de sterkste. Zijn naam prijkt al op de erelijst en na de Omloop tipte hij al over zijn ambities in Toscane. De Tsjech geldt dus als de topfavoriet voor de winst in de Strade Bianche. 

De Belgen kunnen hoge ogen gooien in Italië. Zowel Greg Van Avermaet en Tim Wellens hebben de kwaliteiten in huis om met de winst terug naar Vlaanderen te keren. Van Avermaet was er al een aantal keer dichtbij in Siena. Wellens koos vaak voor Parijs-Nice, maar bij zijn enige deelname aan de Strade in 2017 werd hij wel gelijk derde. Natuurlijk doet ook titelverdediger Tiesj Benoot mee om de winst. Namens Jumbo-Visma kan ook Wout van Aert, vorig jaar knap derde, mooie dingen laten zien in de Strade.

Naast de grote groep Belgen moeten we kijken naar Julian Alaphilippe, die eerder dit seizoen bewees in uitstekende vorm te zijn. Over goede vorm gesproken: Alexey Lutsenko liet een knap staaltje fietsen zien in Oman, waar hij drie etappes én het eindklassement won in de nationale ronde daar. Vervolgens eindigde de Kazach netjes als vierde in de Omloop het Nieuwsblad. 

Favorieten volgens Wieler Revue:

***** Zdenek Stybar

**** Greg Van Avermaet, Julian Alaphilippe

*** Alexey Lutsenko, Tim Wellens, Tiesj Benoot

** Wout van Aert, Gianni Moscon, Michael Valgren, Vincenzo Nibali

* Enrico Battaglin, Bauke Mollema, Sam Oomen, Giovanni Visconti, Roman Kreuziger