WK-Special: '1993: Meeting Lance Armstrong (en een Poolse glasvreter)'

Ons historische verhaal van de WK-Special over de wereldtitel van Lance Armstrong in een nat Oslo in 1993.

WK-Special: '1993: Meeting Lance Armstrong (en een Poolse glasvreter)'

Als onbedorven verslaggever werd Mark van den Heuvel in de zomer van 1993 door Het Parool naar de Tour de France gestuurd. Daar ontmoette hij een piepjonge Lance Armstrong, vlak na zijn eerste etappeoverwinning. Nog geen twee maanden later werd de omstreden Amerikaan wereldkampioen. Toeval? Die kans is niet groot.

Tekst: Mark van den Heuvel

Als we in de vooravond arriveren bij ons hotel, zoals gewoonlijk in een weinig vrolijke buitenwijk van een middelgroot Frans slaapstadje, zie ik allemaal auto’s en bussen van de Amerikaanse wielerploeg Motorola op de parkeerplaats staan. Mecaniciens zijn bezig met een grote schoonmaak, alle fietsen staan opgesteld in slagorde van drie en worden minutieus gereinigd.

“Hé, kijk nou,” zeg ik tegen collega Ten Asbroek als we de bagage uit onze auto halen. “Komt dat even goed uit. Toeval bestaat niet. Aan de slag!”

De etappe werd vanmiddag gewonnen door een jonge, Amerikaanse coureur van Team Motorola en als ik ben ingecheckt besluit ik meteen op zoek te gaan naar zijn kamer. De keuken van het hotel is toch al dicht, zoals elke avond als we bij ons hotel aankomen, dus ik heb niks beters te doen. Wie weet levert een zekere Lance Armstrong – zo heet die jonge Amerikaan die de etappe vandaag heeft gewonnen, ik heb nog nooit van hem gehoord – een extra verhaal op voor de krant van morgen. Of anders een paar fatsoenlijke quotes, daar ben ik ook mee geholpen.

Over het algemeen zijn Amerikaanse coureurs redelijk goed benaderbaar, zo heb ik eerder deze Tour mogen ervaren, dus ga ik bij de balie op zoek naar een lijst met de kamerindeling van Motorola. De vriendelijke receptionist verwijst me naar de gang, daar hangt een handgeschreven papiertje aan de muur.

Je kunt het je vandaag niet meer voorstellen, maar daar stond het echt.

Kamer 16. L. Armstrong. Tweede kamer links.

In de verschroeiend hete zomer van 1993 mocht ik, samen met wielerverslaggever Harry ten Asbroek, voor Het Parool verslag doen van de Tour de France. “Ga maar eens kijken of dat wat voor jou is,” zei de toenmalige chef-sport. 1993… Volgend jaar een kwart eeuw geleden… Het is niet onopgemerkt voorbijgegaan, maar fuck me. De tijd reist wel erg snel, de laatste jaren helemaal. Of een mensenleven is gewoon heel kort, dat kan natuurlijk ook.

Doorgeleerd als voetbalverslaggever wilde ik ook weleens in een andere tak van sport mijn licht opsteken. Dus Tour de France, graag. En wat is er nou mooier dan wielrennen, dacht ik, daar waar je elke dag wordt omringd door 188 verschillende verhalen, van over de hele wereld? Wanneer gaan we weg?

Het waren de dagen van Zenon Jaskula, een Poolse doorstamper die voor de gezelligheid niet alleen bier dronk, maar vervolgens ook zijn glas op at. Tl-buizen en gloeilampen gingen er ook in als zoete koek, als we alle verhalen moesten geloven. Jaskula eindigde dat jaar als nummer drie in de Tour, verrassend hoog voor iemand die was gekomen om tempo te maken.

Meer lezen?

Koop dan nu de Wieler Revue WK-Special in de winkel bij u in de buurt of bestel 'm via http://tijdschrift.land/wieler-revue/ ! Nu voor maar €6,99! 

Foto's: Cor Vos & Wieler Revue WK-Special