Zeeman over niet-meerijden van Vingegaard met Pogacar: 'Ja, weetje, dan rijdt hij zich kapot'

Hoewel ook Remco Evenepoel sterk voor de dag kwam, was het vooral Team Visma | Lease a Bike dat Tadej Pogacar in bedwang probeerde te houden. Sportief directeur Merijn Zeeman zag hoe zijn ploeg de aanvallen van de Sloveen keer op keer in de kiem smoorde.

'Trots en blij'

"Wat een dag hè?", begon Zeeman zijn terugblik op de spectaculaire graveletappe, die gewonnen werd door vroege vluchter Anthony Turgis. "Ik denk dat de mannen het fantastisch gedaan hebben."

"Onze grote vriend Pogacar die bleef maar aanvallen natuurlijk", analyseert de Nederlander. "We moesten alles op alles zetten om hem in bedwang te houden. Ik ben trots en blij dat dat is gelukt."

Na een aanval van Remco Evenepoel reed Jonas Vingegaard samen met zijn Sloveense rivaal richting het wiel van de jonge Belg. De nummers één, twee en drie van het algemeen klassement reden vervolgens met z'n drieën voor het peloton uit, maar mee ronddraaien deed de kopman van Visma | LAB niet.

"Ja, weetje, dan rijdt hij zicht kapot", verklaarde Zeeman. "Jonas is lichter dan die twee. Als hij dan meedraait op het vlakke, dan draait 'ie zichzelf de nek om. Jonas wil wel meerijden, maar dan moet het bergop gaan."

Jorgenson

Ook na de tweede grote aanval van Pogacar reed Vingegaard niet mee met de geletruidrager. Dat terwijl ook Matteo Jorgenson mee was met de twee rivalen. "Daar zit natuurlijk wel wat aan vooraf", verdedigde Zeeman het passieve rijden van zijn renners.

"Eerst moest Laporte alles op alles zetten om het gat te dichten, toen moest Jonas zelf en daarna moest Matteo met z'n laatste krachten nog een keer het gat dichten. Op dit soort dagen moeten we alles geven om hem (Pogacar) in bedwang te houden. Het was fantastisch teamwork om hem terug te pakken."

Conclusie na week één

De sportief directeur van Visma | LAB blikte terug op de eerste Tourweek en concludeerde: "Deze week was Pogacar echt in het voordeel. Hij heeft 1 minuut 15 gepakt en dat heeft hij goed gedaan. Wij moeten dat ergens terugwinnen."

"De echte bergen komen pas in de derde week. De komende week wordt het weer vechten om een goede uitgangspositie en dan zullen we in de bergen wat terug moeten doen", eindigt Zeeman zijn verhaal.