Sven Vanthourenhout zeer kritisch over Olympische wegrit: 'Het is allemaal zo atypisch'

Belgisch bondscoach Vanthourenhout is allesbehalve positief over de atypische Olympische wegwedstrijd en blikt vooruit op de koers. 

Olympische Spelen Leon Janssen

Het kleine peloton vol exoten, de lange afstand en de geringe communicatie: de Olympische wegrit in Parijs staat haaks op de grote klassiekers. Jammer, oordeelt Sven Vanthourenhout. "Dit gaat om Olympisch goud, dus het zou de mooiste koers van het jaar moeten zijn", vertelt hij tegen Het Nieuwsblad. "Maar nu het is allemaal zo atypisch. Ik vrees ervoor."

Klein peloton, lange afstand

Het peloton in de Olympische wegrit bestaat slechts uit een kleine 90 renners. Dat is de helft van een gemiddelde klassieker en dat zijn er een kleine 40 minder dan in Tokio. Bovendien zijn de landenploegen nog verder geslonken. Waar België in Tokio nog vijf renners op mocht stellen, zijn dat er in Parijs slechts vier.

"Vier of vijf is helemaal anders", weet Vanthourenhout. "Je bent heel snel opgesoupeerd. Stel: je neemt twee helpers mee en twee voor de prefinale, dan heb je al niemand meer voor de finale."

En dan heeft België nog geluk. Het land behoort tot de vijf beste ter wereld en mag er daarom vier laten starten, terwijl Nederland met maar drie renners vertrekt. Wielerlanden als Zwitserland, Duitsland en Noorwegen mogen nog maar twee coureurs laten deelnemen.

Dit alles om het startveld diverser te maken. Eenzaten uit - pak 'm beet - China, Uganda en Zuid-Korea staan nu namelijk ook aan de start. "Wel heel verregaand", vindt de Belgische bondscoach. "Niet elk land is even sterk. Je bent al heel snel twintig of dertig renners kwijt. Heel veel goede renners die absoluut hun plek op de Spelen verdienen, zitten gewoon thuis."

Ondanks het kleine peloton is er toch een parkoers uitgetekend met een lengte die langer is dan de Ronde van Vlaanderen. De renners moeten maar liefst 274 kilometer overbruggen. Veel te lang, vindt Vanthourenhout. "Mogelijk is het heel lang wachten voor er iets gebeurt", hekelt hij de lange afstand.

Geen communicatie

Vanthourenhout is weliswaar bondscoach, maar zal in de wegwedstrijd meer als toeschouwer aanwezig zijn. De renners mogen namelijk geen gebruik maken van oortjes, wat communiceren tussen bondscoach en renners vrijwel onmogelijk maakt.

Maar dat is toch ook zo op het WK? "Ja, maar daar heb je een ploeg van acht renners", weet Vanthourenhout. "Dan kun je eens een renner af laten zakken om te praten. Maar als je met vier bent, wil je dat vermijden. Meer dan ooit zullen de renners de koers zelf moeten aanvoelen."

Scenario's

Vanthourenhout heeft meerdere scenario's in het achterhoofd bij het ingaan van de Olympische wegrit. In de eerste plaats ziet hij het scenario 'lange saaie dag met een spetterende finale' voor zich. "Want uiteindelijk komen de goede renners toch bovendrijven", weet hij.

Toch houdt de coach van topfavorieten Wout van Aert en Remco Evenepoel een slag om de arm. Want de kans bestaat dat de grote kanonnen er vroeg aan beginnen. Vanthourenhout denkt dan - buiten zijn eigen kleppers - vooral aan Mathieu van der Poel en Mads `Pedersen.

"Als een van die jongens een move doet, moeten Wout en Remco niet naar hun ploegmaats kijken, maar zelf reageren", instrueert hij zijn kopmannen.

Maar het kan ook anders, weet Vanthourenhout: "Een vlucht met jongens net onder de topcategorie", doelt hij op renners als Nils Politt, Matej Mohoric of Alberto Bettiol. "Dan zal het aan Jasper Stuyven en Tiesj Benoot zijn om mee te gaan. Het is best mogelijk dat de koers dan gereden is, want wie gaat de achtervolging leiden?"

Toch ligt het eerste scenario volgens Vanthourenhout het meest voor de hand. "Dat zou dan een klassieke vlucht zijn met mindere goden", spreekt de 43-jarige ex-prof. "Stel dat Nederland Daan Hoole tempo laat maken, dan zullen wij ook iemand in stelling brengen. Alleen dan zit je weer met een saaie wedstrijd", besluit hij.

Bekijk het originele bericht