Open Brief | Red het fietsen in de bossen! 'Bij steeds meer bospaden vinden we bordjes dat enkel voetgangers er nog welkom zijn'
In een open brief betoogt Nick Schuermans van PlugPlug Gravel Events dat overheden en natuurorganisaties doorslaan in het aan banden leggen van het fietsen in bossen.
Nick Schuermans is parcoursbouwer van de PlugPlug Gravel events en actief lid van Mountain Bikers Foundation Vlaanderen - de vereniging voor het off-road fietsen in Vlaanderen en deed ons een open brief toekomen over het minder toegankelijk worden van bospaden in Vlaanderen. We plaatsen deze brief met liefde - en uiteraard kunnen de meningen erover uiteenlopen.
Waarom wel te paard door de bossen, maar niet op de fiets?
Vorig weekend zagen we Mathieu van der Poel en Lotte Kopecky tijdens het wereldkampioenschap gravel flitsen door het Hallerbos, het Meerdaalwoud en het Zoniënwoud. Door de heisa over een stukje parcours aan de Abdij van Park waar je de rest van het jaar niet mag fietsen, legde de wedstrijd de vinger op een zere wonde. De laatste jaren is er – quasi geruisloos – enorm veel fietsplezier beknot. Bij steeds meer bospaden vinden we bordjes dat enkel voetgangers er nog welkom zijn.
Uiteraard zijn er goede redenen om niet overal de rode loper voor de fiets uit te rollen. Een kwetsbaar stukje moeras is niet gebaat bij diepe bandensporen. Het stukje WK-parcours waar veel over te doen was, is niet alleen een rustplaats voor wandelaars, maar ook voor watervogels.
Toch zijn er ook heel wat bossen waar fietsen bijna volledig aan banden is gelegd zonder dat daar goede redenen voor zijn. In Nationaal Park Hoge Kempen zijn fietsers bijvoorbeeld enkel nog welkom op mountainbikeroutes. Die behoren tot de meest uitdagende van Vlaanderen, maar zijn voor de meeste gravelbikers te technisch.
De prachtige grindwegen die door de Limburgse bossen lopen zijn dikwijls deel van het ruiternetwerk, maar staan niet open voor tweewielers. Waarom mag men daar met paard en kar wel van genieten, maar op een fiets niet?
Vlaamse bossen vol bordjes
Op het wereldkampioenschap gravel zagen we competitieve gravelbikers aan hoge snelheid door de bossen trappen, maar bosfietsers komen in talloze ondersoorten. Snelheidsduivels zijn een absolute minderheid.
Als we alle fietsers de toegang ontzeggen tot het bos, dan gaat het ook om mountainbikers die op hun gemak van de natuur genieten, vaders die met hun dochters het bos in trekken, vogelaars die naar een schuilhut fietsen of jongeren die de kortste, veiligste of tofste weg naar school zoeken.
Momenteel dicteert de wet dat fietsen in het bos nergens is toegelaten, tenzij expliciet is aangegeven dat het wel mag. Die situatie leidt tot veel onduidelijkheid en misverstanden. Nu alle Vlaamse bossen vol bordjes staan, lijkt het moment aangebroken om die logica om te draaien: dat je overal mag fietsen, tenzij expliciet is aangegeven dat het niet mag.
Sowieso heerst de willekeur. Een échte visie op recreatief gebruik van de bossen lijkt te ontbreken. Terwijl in sommige stukken van Vlaanderen amper nog in bossen gefietst kan worden, kleuren boswachters elders wel veel paden geel-zwart in. Dat zegt niets over hun politieke voorkeur, maar over hun overtuiging dat het bos een plek is waar verdraagzame wandelaars en fietsers het pad kunnen delen.
Niet transparant en democratisch genoeg
Deze visie zou overal in Vlaanderen moeten domineren. Net zoals we het bos niet moeten afsluiten voor alle wandelaars omdat een minderheid vuil achterlaat of hun loslopende hond reekalfjes en fietsers laat opschrikken, hoeven we toch ook niet alle boswegen voor fietsers af te sluiten omdat een minderheid in lycra zich niet gedraagt? De kleine groep fietsers die zonder bel of goedendag door het bos scheurt, dient met hoffelijkheidscampagnes verder gesensibiliseerd te worden.
De procedure om paden af te sluiten is op dit moment ook niet transparant en democratisch genoeg. Als het Agentschap Natuur en Bos een toegankelijkheidsreglement wil wijzigen, verschijnt dat op hun website ter publieke consultatie. Al wie een bezwaarschrift indient, zoals we met Mountain Bikers Foundation Vlaanderen vaak doen, merkt dat daar zelden of nooit rekening mee wordt gehouden. Een repliek die motiveert waarom men ook dat ene pad toch nog moet afsluiten komt nooit.
Voor veel mensen is de fiets geen middel om zo snel mogelijk van A naar B te scheuren, maar om onderweg ook de rest van het alfabet te verkennen. Bosfietsen draait dan niet om een hoog gemiddelde, maar om openheid, nieuwsgierigheid en traagheid. Het is ook de ideale manier om auto’s te vermijden.
Wie Vlaanderen op de fiets doorkruist, staat versteld van de pracht en praal van onze natuur. Het is een privilege door de bossen te mogen trappen. We kunnen enkel hopen dat nieuwe generaties fietsers van dat voorrecht kunnen blijven genieten.
- Cor Vos