De transfers van Alpecin-Deceuninck: verlengen Van der Poel en Philipsen heeft een prijs, maar de volgende (sub)toppers lopen al warm

Het wegseizoen zit er pas net op, maar wij kijken alvast vooruit naar 2025 en nemen de transfers van de teams onder de loep. Het is tijd voor Alpecin-Deceuninck.   
   

Achtergrond Tim Beck

De plaatsjes in de WorldTour zijn nog niet allemaal verdeeld eind oktober, maar Alpecin-Deceuninck heeft 29 namen op papier. Er is nog ruimte voor één renner, maar de ploeg maakte bekend dat ze het (voorlopig) met deze selectie gaan doen. De Belgische formatie verwelkomde zes nieuwe renners en zag daarentegen zeven renners vertrekken.

De belangrijkste vraag van afgelopen seizoen: kon Alpecin-Deceuninck Jasper Philipsen uit handen houden van de andere ploegen? Dat is gelukt. Tel daar de contractverlenging van Mathieu van der Poel bij op en het is logisch dat er bij Alpecin-Deceuninck ook ergens gesneden moest worden.

Dat is gebeurd met vooral het vertrek van Søren Kragh Andersen naar Lidl-Trek en van Axel Laurance naar INEOS Grenadiers. Niet de transfers die de Roodhoofts graag zagen gebeuren, want zij waren twee van de beste helpers in het voorjaar van de kopmannen.

De transfers van de andere renners zijn makkelijker op te vangen. Nicola Conci (Astana Qazaqstan Team) is een goede klimmer, maar geen garantie op zeges, terwijl het vertrek van Ramon Sinkeldam (stopt), Senne Leysen, Maurice Ballerstedt en Jason Osborne intern gemakkelijk is op te vangen.

Talenten

Voor Kragh Andersen en Laurance werden geen één-op-één vervangers gehaald, waardoor Alpecin-Deceuninck er op papier iets minder op is geworden richting het voorjaar. Tenzij een van de nieuwe talenten een razendsnelle ontwikkeling doormaakt, want zeker Tibor del Grosso en Emiel Verstrynge behoorden afgelopen seizoen tot de beste beloften ter wereld.

Zij komen net als sprinter Simon Dehairs en Ramses De Bruyne over van de opleidingsploeg van Alpecin-Deceuninck. Die laatste werd in 2023 derde in de Ronde van Lombardije voor beloften, maar kwakkelde afgelopen seizoen. Weet hij zijn oude niveau weer te halen, dan zit er ook voor hem veel in op het hoogste niveau.

Net als voor Gal Glivar: de nummer drie van de Ronde van Lombardije voor beloften van dit jaar. Glivar is een van de grootste Sloveense talenten van het moment. Hij reed afgelopen seizoen regelmatig proefwedstrijden voor UAE Team Emirates, maar koos voor een dienstverband bij Alpecin-Deceuninck. Hij zou weleens een absolute steal, zoals ze dat in de Verenigde Staten noemen, kunnen zijn van de gebroeders Roodhooft.

De laatste nieuweling is Johan Price-Pejtersen, die overkomt van Bahrain-Victorious. In Bahreinse dienst kon hij de verwachtingen niet echt inlossen, want de Deen stond bij de junioren en beloften bekend als een groot talent. In 2021 werd hij wereldkampioen tijdrijden bij de beloften.

Bekijk het originele bericht