Vergeten renner: Juan José Cobo
Premium

Vergeten renner: Juan José Cobo

In 2011 vond Bradley Wiggins zichzelf uit als ronderenner. Oké, hij was twee jaar eerder al vierde geworden in de Tour (derde na uitsluiting van Lance Armstrong), maar winst in de Dauphiné van 2011 was toch wel de bevestiging dat er rekening met hem moest worden gehouden. De Tour moest hij verlaten, dus dan maar de Vuelta. Daar botste hij op Cobo.

Een valpartij in de negende etappe van de Tour zorgde ervoor dat Wiggins moest afstappen en automatisch ook een kruis moest maken over zijn klassementsambities. Dan maar naar de Vuelta. Met de tot dan toe redelijk onbekende Chris Froome aan zijn zijde was eindwinst het doel. Dat ging aanvankelijk goed. Joaquim Rodriguez en Vincenzo Nibali zakten al vrij vroeg door het ijs, Bauke Mollema sputterde nog wat tegen en Chris Froome pakte nog wel de leiderstrui na de individuele tijdrit. Maar Froome moest het rood echter al snel weer afstaan aan Wiggins. De wereld zag er goed uit voor Sir Brad. 

Tot die verrekte Juan José Cobo het op zijn heupen kreeg. In de veertiende etappe had hij al een halve minuut van zijn achterstand afgesnoept en dan moest de Angliru nog komen. Een monster van een klim! Je mag hem gerust de zwaarste klim waar in Europa op wedstrijdverband tegenop gefietst wordt noemen. Uitschieters rond de 23%, dan weet je het wel! Wiggins haalde zijn beste pokerface tevoorschijn, maar hij wist Cobo niet te foppen. De Spanjaard reed ogenschijnlijk fluitend bij hem weg, won de etappe, pakte het rood en uiteindelijk won hij de Vuelta. 

Reeds toen werden er al vraagtekens gezet bij de prestaties van de op 11 februari 1981 geboren Juan José Cobo. Zijn overwinning kwam behoorlijk uit de lucht vallen en de prestatiecurve van zijn hele carrière leek op het profiel van een gemiddelde bergetappe in de Vuelta. Geen zuivere koffie, dat was toen al duidelijk. Cobo werd in 2004 prof bij Saunier Duval. U weet wel, die ploeg van Riccardo Riccò en Leonardo Piepoli. In zijn eerste profjaren reed hij anoniem rond, als pelotonvulling. Het jaar 2007 betekende zijn doorbraak; hij werd 19e in de Tour de France, want ontzettend knap is, en hij won twee ritten en het eindklassement van de Ronde van het Baskenland. In 2008 ‘won’ hij zelfs een Touretappe. Hij werd ironisch genoeg tweede achter Leonardo Piepoli. Zijn ploeggenoot die later betrapt werd op Cera en uit de uitslag werd genomen. 

Het carrièreverloop van Cobo was grilliger dan het profiel van een bergetappe. In 2009 werd hij ineens tiende in de Vuelta en won hij een etappe, maar in 2010 reed hij dan weer geen platte prijs. Hij vertrok bij Caisse d’Epargne en ging in 2011 voor GEOX-TMC rijden. In dat jaar ‘won’ hij dus ineens de Vuelta, iets waar toen dus al een beetje smalend om gedaan werd. Dat kon toch geen zuivere koffie zijn? Wel, dat bleek vorig jaar toen de UCI bekendmaakte dat Cobo met terugwerkende kracht gediskwalificeerd is en zijn Vuelta-titel verliest. De overwinning gaat nu naar Chris Froome, die daarmee met terugwerkende kracht de eerste Britse winnaar van een grote ronde werd. 

De schorsing van Cobo heeft ook nog een Nederlands tintje. Bauke Mollema stijgt een plaatsje en wordt derde in de eindschikking, terwijl Wout Poels de overwinning op de Angliru krijgt toegewezen. Leuk? Misschien voor de statistici. Het is in ieder geval goed om te constateren dat valsspelers ook acht jaar na dato nog gepakt kunnen worden. 

Juan José Cobo kwam vorig jaar weer even in het nieuws, maar laten we hem maar zo snel mogelijk weer vergeten.

Premium
Je hebt zojuist een premium artikel gelezen.

Online onbeperkt lezen en Wieler Revue thuisbezorgd?

Abonneer nu en profiteer!

Probeer direct