Tom Dumoulin: 'Het kriebelt, heb op hoogtestage bij tv voor Wout zitten juichen'
Dumoulin bereidt zich in alle rust voor op Tokio, maar dat wil niet zeggen dat hij de Tour niet volgt natuurlijk. Hij genoot van de etappe over de Ventoux en het zorgt voor inspiratie...
Op de Spelen is het over iets meer dan twee weken is het een concurrent, maar nu nog gewoon een goede collega en een ploeggenoot. Tom Dumoulin is op hoogtestage in Livigno (dichtbij de Stelvio) en genoot afgelopen woensdag van de etappezegge van ploeggenoot Wout van Aert in de Tour, zo vertelt hij in de Vlaamse krant Het Nieuwsblad.
"Ik heb voor de tv zitten juichen. Niet normaal hoe hij daar weer uitpakt! Al wist ik wel van hem dat hij dit kon. Vorig jaar heeft Wout in de bergen al laten zien hoe sterk hij is."
Van Jonas Vingegaard, strikt genomen de vervanger van Dumoulin in de Tour, was dat nog minder bekend bij Dumoulin, maar ook de jonge Deen kan hem bekoren. "Die pakt meteen zijn kans. Mooi om te zien hoe hij dit jaar weer een grote stap zet. Ik wist wel dat hij een supergoede renner was, maar dat hij in staat zou zijn om Pogacar te lossen op de Mont Ventoux, is wat anders. Dat biedt ook mogelijkheden, zeker omdat iedereen het idee had dat Pogacar op een heel ander niveau dan de rest zou zitten. Maar nu dacht ik voor de eerste keer deze Tour: O, misschien is er toch iets mogelijk."
Alhoewel het dus begint te kriebelen, zag Dumoulin in de Tour ook al de keerzijden van het wielrennen. "Die eerste week is er zoveel stress in het peloton en het lijkt elk jaar wel erger te worden. Er is in die eerste ritten zoveel hectiek en gedoe dat die mannen niet met veel lol hebben rondgereden. En dan spreek ik volgens mij voor alle renners."
In een tijdrit en op hoogtestage heb je dát probleem in ieder geval niet. Het zijn de dingen waar Dumoulins leven de afgelopen drie weken om draaide. "Ik zit lekker in m'n vel en heb veel vertrouwen in de Spelen. Maar de concurrentie is groot. Iedereen die niet in de Tour rijdt, lijkt hier te zijn. Remco Evenepoel zit ook bij mij in het hotel. Nee, ik heb niet met hem getraind. Ik ken hem ook niet zo goed, meer van alleen hoi zeggen."
- Cor Vos