Vuelta | Jetse Bol: 'Kon in de bus schreeuwen 'who wants free money?' en niemand zou met ogen knipperen'

Jetse Bol is een fietsavonturier en dat bevalt heel goed. Eerst was het wel even wennen in de Spaanstalige ploegen, maar nu bevalt het heel goed. Hieronder vertelt hij over hoe het is om in een Spaanse ploeg te rijden.

Achtergrond André van den Ende

Jetse Bol reed voor de Raboploeg (en diens opvolgers Blanco en Belkin) en het continentale Join's De Rijke Cycling team voor hij in 2017 voor het avontuur koos. Eerst in het knalroze shirt van het Colombiaanse Manzano-Postabon, daarna voor Burgos-BH.

Voor die laatste ploeg zien we hem ook in deze Vuelta weer regelmatig meezitten in de ontsnapping. Het rijden voor een Spaanse ploeg bevalt de 31-jarige goedlachse Noord-Hollander, maar het was wel wennen, vertelt hij aan Velonews. "Dat late eten, het slapen. Een hele overstap. Maar het zijn maar kleine dingen. Je kunt je er gemakkelijk aan aanpassen."

Lastiger was de taalkwestie. Zeker toen hij de overstap naar de Colombiaanse ploeg maakte. "Ik kon daar in de bus schreeuwen 'who wants free money?' en niemand zou met z'n ogen knipperen. Ze spraken geen woord Engels en alles ging in het Spaans. Begrijp me niet verkeerd, ik snap dat en wist ook waar ik aan begon. Maar het was wel moeilijk in het begin, toen m'n Spaans nog erg basic was."

Inmiddels spreekt Bol vloeiend Spaans. "Je wordt er wel toe gedwongen en dat is helemaal prima. Ik besefte dat wij bij Rabo toch ook veel op het Nederlands terugvielen als zes van de acht jongens Nederlands waren. De teambesprekingen waren wel altijd in het Engels, dat is hier ook niet zo. Tuurlijk, ik heb wel samen gereden met Spanjaarden die best goed Engels kunnen, maar inmiddels kan ik alles in het Spaans."

Bekijk het originele bericht