Interview | Thor Hushovd over Noorse wielrennen: 'Ik sta zeker open voor een rol bij Uno-X Pro Cycling Team'

Een wereldkampioenschap in Australië. Van de Noren zal de verhuizing naar de andere kant van de wereld ieder jaar wel mogen plaatsvinden, want net als in 2010 in Geelong gaat het Noorwegen voor de wind down under. De tijdrittitels van Tobias Foss en Søren Waerenskjold zijn daar het bewijs van. Twaalf jaar geleden ging de wegtitel naar Thor Hushovd.

In onze WK-special gaat hij uitgebreid in op die WK-titel, maar praat Hushovd ook over de staat van het Noorse wielrennen en waarom het land ineens zoveel goede wielrenners voortbrengt. Met Uno-X Pro Cycling Team heeft Noorwegen tegenwoordig een profploeg om rekening mee te houden. Met onder anderen Tobias en Anders Halland Johannessen en Søren Waerenskjold herbergt de ploeg meerdere Noorse toptalenten. En bij Team Jumbo-Visma rijden naast Foss ook talenten als Johannes Staune-Mittet en Per Strand Hagenes.

De grootste Noorse renner aller tijden heeft echter nooit de vraag gekregen of hij een functie binnen het team wil vervullen. Hushovd: "Het hangt ervan af wat voor rol, maar ik sta er best voor open. Alleen moet ik dan wel gevraagd worden. We zien wel wat de toekomst brengt, maar zeker is dat het Noorse wielrennen mooie jaren tegemoet gaat. Mede door onze kennis in de skisporten zijn we ook als wielerland ontwikkeld, maar het allerbelangrijkste is dat wij Noren echte buitenmensen zijn."

Veel van de Noorse wielrenners komen uit sportieve families, vertelt Hushovd. Jongens die het vanaf jonge leeftijd gewoon zijn om te gaan hiken, skiën of gewoon buiten bezig te zijn. "Vervolgens bieden we op jonge leeftijd een goede trainingscultuur aan, maar het begint al als kind. Dan train je weliswaar nog niet, maar het helpt enorm wanneer je als kind actief bezig bent. In Noorwegen kan dat ook."

"Ik woon het merendeel van het jaar in Monaco. Mijn zoon loopt in zijn eentje naar school, maar als hij tien minuten later terug is, zijn we al bezorgd. In Noorwegen pakt hij zijn bootje of klimt hij in bomen. Dan zijn we totaal niet ongerust. Hoe meer je naar Oslo gaat, hoe bozer en gestrester de mensen worden. Dat wordt regelmatig botgevierd op fietsers. Dat is een groot probleem voor onze sport. Mijn zoon is niet zo in de wielersport. Ik heb het een beetje geprobeerd, maar wil hem niet pushen. Hij is meer fan van BMX."