Wie gaat de Belgen zondag in Glasgow van de wereldtitel houden? De concurrentie zal alvast over superbenen moeten beschikken, want voor elk scenario hebben de Zuiderburen een wereldtopper als kopman. Wie gaat kunnen volgen als Remco Evenepoel ten aanval trekt? Wie zal Jasper Philipsen kloppen in een sprint? En wie is er sterker dan Van Aert als ze met een elitegezelschap richting finish trekken?
"We hebben een onwaarschijnlijk goeie ploeg in de breedte", zegt José De Cauwer, zelf ooit Belgisch Bondscoach, in gesprek met Sporza. "We zijn zo sterk dat we altijd iemand kunnen meesturen. Bijvoorbeeld Frison, Van Hooydonck en Campenaerts. Als er een paar exoten vertrekken met wat degelijke Europeanen moet daar altijd al een Belg bijzitten."
"We mogen die mannen niet gebruiken om achter de feiten aan te koersen. Die fout is in Leuven gemaakt, toen Tim Declercq al snel achter de Fransen moest rijden."
Evenepoel
Veel analisten zijn ervan overtuigd dat Remco Evenepoel zichzelf zal opvolgen. De Cauwer raadt de huidige wereldkampioen aan om niet té gretig te zijn. "Hij moet wachten tot er voldoende vermoeidheid in het peloton zit om zijn kogel te lanceren. De klimmetjes in Glasgow zijn niet zo lang als in Australië. Mannen die de Tour hebben gereden zal hij er nu niet zo makkelijk kunnen afrijden."
Als Evenepoel opnieuw wereldkampioen wil worden, zal hij volgens De Cauwer sowieso iedereen eraf moeten rijden. "Zijn sprint is veel beter geworden, maar ik durf er niet mijn geld op inzetten. Tegelijk mag hij ook niet wachten tot de laatste ronde."
Van Aert
Als het Remco Evenepoel niet lukt, dan kunnen de Belgen rekenen op dat ander fenomeen, Wout van Aert. Alleen is zijn precieze rol niet helemaal duidelijk. "Volgens De Cauwer hoeft de aanwezigheid van Evenepoel en Philipsen geen nadeel te zijn voor hem. "Als de kleppers zoals een Pedersen en een Van der Poel demarreren, dan moet hij mee zijn. Hij kan iedereen kloppen in de sprint."
Philipsen
In het (redelijk onwaarschijnlijke) scenario dat het tot een sprint met een grote groep komt, kunnen de Belgen de kaart van de snelste man op twee wielen trekken. "Philipsen zal zich van de drie Belgische kopmannen misschien het braafste opstellen, maar het blijft een sprinter. Als hij zich kan vastbijten in een grotere groep die voor de wereldtitel strijdt... "
De Cauwer is er echter niet helemaal van overtuigd dat Philipsen het na een slijtageslag van 270 kilometer kan afmaken in de sprint. "Het is een linke situatie. Hij zal vooral open kaart moeten spelen. Als de benen niet geweldig zijn, zou het ideaal zijn om mee te springen in een interessant groepje. Niemand zal durven doorrijden en dan zit Van Aert achter hem in een zetel."
Ploegbelangen
Tot slot is het WK altijd een beetje uniek omdat renners voor één keer in het truitje van hun land rijden. Dat betekent dat ze het moeten opnemen tegen hun eigen ploegmakkers én dat ze plots samen in de ploeg zitten met renners die het hele jaar door concurrent zijn.
Jasper Philipsen zorgde alvast voor opschudding door tijdens de eerste rustdag in de Tour te stellen dat hij niet achter ploegmakker Mathieu van der Poel zou rijden. Wout van Aert neemt het dan weer op tegen favorieten Christophe Laporte en Dylan van Baarle, ploegmakkers bij Jumbo-Visma. "Die ploegbelangen zullen altijd blijven spelen", zegt De Cauwer. "Je denkt toch niet dat Wout achter Laporte gaat rijden als die alleen weg is?"
- Photo: Gregory van Gansen/PN/Cor Vos © 2023