Knecht Jan Maas vreest voor professionele carrière: 'Moeilijke is dat je heel weinig uitslagen noteert'

Jan Maas is al enige jaren een gewaardeerd knecht in het peloton. Hij voelt zich ook prima bij die rol, maar er zit wel een groot nadeel aan...

Achtergrond André van den Ende

Jan Maas. Z'n naam verschilt maar één letter van een Nederlandse veelwinnaar - Jan Raas. De wielrenner met de M als beginletter van z'n achternaam is dat duidelijk niet. De 28-jarige Brabander (hij werd geboren in Bergen op Zoom) is zo'n renner die bergen werk verzet, maar niet opvalt.

Maas in knechtenrol gekneed - en dat heeft gevolgen

Het meest aansprekende resultaat dat Maas persoonlijk behaalde is een derde plaats in berklassement in de Ronde van Polen. Jan Maas is een knecht. Bij Jayco-AlUla werkt hij voor renners als Michael Matthews, Simon Yates en z'n landgenoot Dylan Groenewegen. Voor eigen kans rijden is er niet bij.

Maas vindt dat prima. Hij rijdt in de WorldTour, heeft een goed salaris. Maar nu de Australische ploeg z'n contract niet verlengt, zit hij in de rats. Is hij in 2025 nog wel beroepsrenner? Als knecht rijd je je niet zo makkelijk in de kijkers immers. Maas beseft het als geen ander.

"De laatste drie jaar ben ik in een algemene knechtenrol gekneed. Dat vond ik gewoon prima. Alleen het moeilijke is dat je heel weinig uitslagen noteert, omdat je altijd heel onbaatzuchtig en niet egoïstisch rijdt en altijd vol voor de ploeg gaat. Het is dan uiteindelijk heel moeilijk om ergens een contract te verdienen. Veel ploegen hechten toch veel waarde aan UCI-punten en resultaten voor alle renners. Het ziet er op dit moment niet superpositief uit", vertelt Maas tegen Wielerflits.

Mirakelmaas?

Maas blijft hopen dat er nog een ploeg komt, en het liefst zou hij in de rol rijden waarin hij nu zit. Voor eigen kans rijden hoeft de coureur niet zo nodig.

"Mocht ik op een of andere miraculeuze wijze in de WorldTour blijven, dan rijd ik het liefst wel in de knechtenrol. Ik weet dat er zo ontiegelijk hard gereden wordt door de kopmannen dat het heel moeilijk is om jezelf daar te bewijzen."

De Brabander traint weleens met Mathieu van der Poel als die in de Lage Landen is; ze zijn van dezelfde generatie. Wellicht heeft Alpecin-Deceuninck nog een plekje voor een loyale knecht...

Bekijk het originele bericht