Column | Beklimmingen zonder publiek (lees: meerennende mafkezen), het is een geschenk uit de hemel

Onze redacteur merkte dat hij het geen enkel probleem vond dat er geen publiek op de Angliru stond. Sterker nog, het was prachtig...

angliru

Vanochtend zag ik op Instagram een foto van Robert Gesink op de Angliru langskomen in m'n timeline (zie onder deze column). Nou ja, van een kwart Robert Gesink - misschien nog wel minder. Alleen de grimas die je ballen uit de broek rijden voor een Sloveen bij een percentage van 23% op je gezicht tovert was zichtbaar. Vooruit, ook nog een stukje schouder, een arm en een voorwiel. Waarbij aangetekend dient te worden dat die laatste officieel niet bij Robert Gesink hoort, maar toch voelt het wel als een onderdeel van hem.

De rest van de foto werd in beslag genomen door asfalt en een panorama waar je u tegen zegt. Een fraaie wielerfoto. Ik drukte op like en vroeg me af waarom ik eigenlijk niet veel vaker van dit soort foto's zag langskomen: een wielrenner vechtend tegen een helling, met op de achtergrond het gevolg van tegen hellingen opfietsen - dat je steeds hoger komt.

Na kort nadenken besefte ik dat we dit soort foto's niet zien omdat er 'normaal' gesproken een Zorro, een smurf, een Fred Flintstone en een groepje half ontblote Spanjaarden met een partij borsthaar waar je u tegen zegt vakkundig het uitzicht staan te blokkeren - *kies hier uw eigen favoriete fantasiefiguren, het kunnen namelijk evengoed The Mask, Spider-Man en Patrick Lefevere kunnen zijn, al moet je niet uitsluiten dat die laatste echt is en geen karikatuur van een boze Vlaming betreft.

Op de Angliru had Robert Gesink 'normaal' gesproken door een haag van dronken Spanjaarden in malle pakjes omhoog moeten rijden. De ene helft meerennend, de andere helft rookbommen afstekend. Je zou er claustrofobie van krijgen. En last van de luchtwegen. En kotsneigingen - want ik kan me voorstellen dat met je die krijgt als je met hartslag 180 een berg opfietst terwijl het om je heen door de bierwalm ruikt naar een dubieuze studentenkroeg om 5.00 's ochtends op vrijdagochtend.

Maar door corona is alles anders. In de studentenkroeg ruikt het - helaas voor de studenten - alweer een tijdje naar bloemetjes en op de Angliru was geen Fred Flintstone te bekennen. Het was er zoals het er iedere zondag uitziet: ongerept. Het was een natuurdocumentaire en een wielerkoers ineen, in plaats van een freakshow en een wielerkoers ineen. Het was er normaal, maar dan zonder aanhalingstekens. Het beviel me. De wielrenners ook denk ik, al zullen ze dat nooit toegeven.