Hoewel er weinig hoogteverschillen waren, lag het parkoers in Ierland er zwaar bij. In de eerste ronde kwam Fem van Empel samen met Denise Betsema op kop te liggen, ondanks dat Van Empel voorafgaand had verteld dat ze zich niet helemaal fit voelde. De Brabantse was dusdanig in orde dat ze Betsema toch wist te lossen. Ondertussen was Pieterse - de grote concurrente van Van Empel - aan een inhaalslag begonnen.
De lefvrouw was namelijk ten val gekomen bij de balkjes, waar ze als een van de weinige vrouwen overheen springt. Vervolgens had ze ook nog mechanische problemen, maar in korte tijd reed Pieterse zich terug naar de kop van de koers en even sloeg ze zelfs een gaatje met Van Empel. De grote vraag was wat Pieterse ging doen bij de balkjes in de volgende ronde, maar ze bleef 'gewoon' op de fiets en sprong eroverheen alsof er niets was gebeurd.
Het werd al snel duidelijk dat de wereldbeker in Dublin wederom op een tweestrijd zou uitdraaien, want de twee jonkies gaven elkaar qua niveau weinig toe. Van Empel nam in de slotronde even een gaatje nadat Pieterse van fiets wisselde, maar de renster van Alpecin-Deceuninck kon het weer dichten. In de slotronde zetten ze beiden een keer aan, maar ze konden geen definitief gat slaan. Het eindigde dan ook in een sprint en daarin was Van Empel de betere. Betsema werd derde.
Bij het passeren van de meet leek Van Empel vol ongeloof. Dat bleek ook na afloop uit haar woorden. "Het werd met de race erger. Ik heb geprobeerd het beste eruit te halen. Puck reed soms weg, maar ik kon steeds terugkomen. Aan mijn benen lag het niet, maar mijn maag was niet honderd procent. We waren aan elkaar gewaagd en dan is het uitvechten tot de finish. Het was een mooi duel vandaag en gelukkig heb ik toch kunnen winnen."
- Photo: Nico Vereecken/PN/Cor Vos © 2022