De tweevoudig-wereldkampioen cross vertelt in Het Laatste Nieuws over de intense tweestrijd tussen de twee wereldtoppers in het veld en op de weg. "Ik had een déjà vu. Herinner je Tirreno-Adriatico 2021? Elke dag volle bak, alsof het een WK betrof. Wout, Mathieu en Alaphilippe draaiden daar zó hard de gashendel open dat ze er hun klassieke voorjaar door hypothekeerden."
Nadien klonken hier en daar geluiden dat ze hun topvorm toen een beetje zijn kwijtgeraakt. Nys zag afgelopen kerstperiode hetzelfde gebeuren. "Weg en veld kan je niet met elkaar vergelijken, maar toch... het is balanceren op een slappe koord. Ik hoor het Wout in Diegem nog zeggen: ‘Dit kan niet meer gezond zijn’. Anderzijds: als er twee dit moeten aankunnen, dan zij wel."
Naast competitie in het veld plannen ze immers ook nog stages tussendoor in de winter. "Op een moment dat andere crossers, benen in de lucht en ‘vier pinkers op’, op bed herstellen in de hoop dat ze fris genoeg geraken voor de volgende cross. Ongelooflijk."
Finesse
Nys ziet wel dat de twee kemphanen hun techniek een beetje kwijt zijn. "Ik heb het gevoel dat ze de finesse van het echte veldrijden, het puur technische dat vooral Sweeck en Vanthourenhout benutten om een paar ronden te kunnen volgen, wat kwijt zijn. Dat compenseren ze met een immense dosis kracht. 'Als we de juiste lijn in de modder of het zand niet vinden: geen probleem. Dan trekken we wel een nieuw spoor.'"
Dat maakt het natuurlijk wel zwaarder. "Van Aert lijkt me daar momenteel iets beter voor gewapend dan Van der Poel. Zijn gestel kan het beter aan, Mathieu oogt fragieler waardoor de vermoeidheid zich na die opeenstapeling van inspanningen nadrukkelijker manifesteert. Ik geloof niet meteen weer in een (rug)blessure. Als dat lichaam op stage bij zijn positieven komt en hij zijn beste benen terugvindt, krijgen we begin februari in Hoogerheide opnieuw een battle tot op de streep. Wout zal niet ‘zomaar’ wereldkampioen worden."
- Photo: Anton Vos/Cor Vos © 2023