Geen Dauphiné voor Wout van Aert. Hij en Wilco Kelderman, die na de val van Steven Kruijswijk waarschijnlijk ook de Tour zal rijden, kozen voor de Ronde van Zwitserland en een hoogtestage in een berghut op 3000 meter in het gebied rond de Stelvio. Probleempje: het was daar erg slecht weer, zo liet Van Aert zelf ook zien.
Niet ideaal
Sneeuwruimen in plaats van lekker een ontbijtje in de zon en sneeuwballen gooien in plaats van zonnebrandcrême smeren. Van Aert en Kelderman maakten er het beste van, maar het slechte weer heeft ook zeker invloed op de trainingen.
De ritten van de twee logen er niet om, maar wat doet het met de voorbereiding op de Tour de France? Mathieu Heijboer, Head of Permormance bij Jumbo-Visma, weet er alles van.
"Het is zeker niet ideaal, maar uiteindelijk hebben ze tot nu toe alles kunnen doen wat ze moesten doen, weliswaar in slechte omstandigheden. Uiteraard monitoren we iedere dag hoe de training wordt ervaren, want de belasting op het lichaam wordt wel wat hoger door die slechte omstandigheden. Het is voor iedere renner verschillend. De één kan er beter mee omgaan dan de ander en bij de één is de fysiologie van het lichaam wat beter bestand tegen koude omstandigheden dan de ander."
Bovendien waren er ook weinig alternatieven en konden ze wel trainen. "Het was uiteindelijk niet zo slecht dat ze hun trainingen niet uit konden voeren en het is in heel Europa niet best qua weer, behalve in België en Nederland momenteel. Verder wilden we met Wout en Wilco die extra hoogteprikkel hebben op 3000 meter en dat is niet één, twee, drie ergens anders ingericht", zo vertelt hij aan In De Leiderstrui.
Hitte-adaptatie
Er is volgens Heijboer wel een ander nadeel waar je niet direct aan denkt. Het alvast wennen aan warm weer. "Je hebt natuurlijk wel andere adaptatie wat betreft de hitte, in dat opzicht is het wel een nadeel richting de Tour. Stel je voor dat het in de Tour straks heel warm wordt, dan mis je nu die hitte-adaptatie in aanloop daar naartoe. Daar kunnen we met andere trainingsvormen nog steeds wel een beetje op anticiperen."
Van Aert pakte vde voorbereiding op de Tour op eigen initiatief anders aan dan vorig jaar. "Hij raakt niet gemotiveerd van ieder jaar hetzelfde stramien en dus gaf hij al in een vroegtijdig stadium aan dat hij graag de Tour zou doen, maar dat hij de voorbereiding graag anders zou willen invullen."
Met deze aanpak had hij goede ervaringen, weet Heijboer. "Hij is eerder in 2021 al eens op 3.000 meter geweest, in aanloop naar het WK in België en dat wilde hij nog eens herhalen. Ook voor die extra hoogteprikkel richting de Tour, maar ook omdat hij na de Tour nog goed wil presteren op het WK. Zijn hoogtestage is daarom verlengd met een week en dat gaat in goed overleg
- Beeld: Strava Wout van Aert