Toen Óscar Freire Gómez in 1999 voor het eerst wereldkampioen werd was het niet de grootste naam in de wielerwereld. Als tweedejaars bij Vitalicio, met als enige overwinning een rit in de Ronde van Castilië en León kreeg hij het echter toch voor elkaar in de straten van Verona. Met een goed getimede demarrage in de laatste rechte lijn was hij iedereen te slim af. Campeon del Mundo.
Direct is de carrière van Óscarito vertrokken. Hij pakt etappezeges in Vuelta en Tour mee, wint in 2001 het WK nogmaals en snelt in 2004 naar de zege in Milaan - Sanremo. En dan worden de wereldkampioenschappen dat jaar opnieuw in Verona gehouden.
Natuurlijk zijn de ogen op de rappe Spanjaard gericht. Maar hij maakt het waar. Op de laatste beklimming laat hij niet met zich sollen en ook in de sprint om de zege is hij de sterkste. De trilogie is voltooid. Hij komt daarmee in een rijtje met Binda, Van Steenbergen en Merckx. 13 jaar later komt daar ene Peter Sagan.