Javier Guillén denkt al aan toekomstplannen voor de Vuelta a España. Dat vertelde de Vuelta-baas aan de Spaanse krant AS.
Guillén heeft naar eigen zeggen al veel met koersdirecteur Fernando Escartín om de tafel gezeten om de mogelijkheid voor uitstapjes naar de Canarische Eilanden, Marokko en Portugal te bekijken. "Zo willen we Ceuta en Melilla (exclaves van Spanje in Marokko) bereiken, wellicht met etappes die door Marokko voeren."
Guillén heeft echter de Canarische Eilanden het hoogst op zijn verlanglijst staan. "Ik droom van vier etappes, twee op Gran Canaria en twee op Tenerife", vertelt de Vuelta-baas.
De Spanjaard noemt de Canarische eilanden een 'logistieke uitdaging die het waard is': "al het materiaal moet per boot worden vervoerd, dat duurt 26 uur." De renners en ploegen moeten per vliegtuig worden overgevlogen, een kostenpost van zo'n 2 miljoen euro.
Tenerife is sowieso een trekpleister voor veel wielrenners vanwege El Teide, de berg waarop veel renners een hoogtestage afleggen. Alleen in 1988 werden de Canarische Eilanden bezocht. Ook de aankomende Vuelta a España start niet in eigen land. De renners zullen echter na de start in het Franse Nîmes snel terugkeren naar Spanje.
Foto: Cor Vos