Tijdens de Tour de France Femmes laaide de kritiek op vrouwenwielrennen weer op. Voor de criticasters zijn de niveauverschillen te groot en kunnen vrouwen niet in een peloton rijden waardoor ze om de haverklap vallen. Van Dijk zit er niet mee. “Wanneer je als sport wil groeien, moet het ook niet enkel een lofzang over vrouwenwielrennen zijn", vertelt ze tegen Wieler Revue.
Het is niet onterecht, vertelt de wereldkampioene tijdrijden. "Sommige dingen gaan ook niet goed. Ik vind het juist belangrijk dat er kritiek wordt geuit. Het niveauverschil is soms ook te groot. Dat was terecht, maar wat betreft de valpartijen probeert men een stereotype beeld bevestigd te krijgen. Terwijl er net zo goed bij de mannen gevallen wordt."
Toch waardeert Van Dijk het bestaan als profrenster meer dan ooit. Ze doet wat ze leuk vindt, reist de wereld over en verdient er haar boterham mee. "Ik heb zelf nog een contract tot en met 2024 en voorlopig vind ik het veel te mooi om ermee te stoppen. Misschien zit er ook wel iets in me dat ik wil mee profiteren nu vrouwenwielrennen zo hoog in aanzien staat en veel aandacht krijgt."
Als is dat niet de hoofdreden, benadrukt ze. "Het belangrijkste is dat ik geniet van wat ik doe. En ja, er is ook nog één hiaat op mijn erelijst dat ik wil vullen. De zure nasmaak van de olympische tijdrit in Rio de Janeiro (toen Van Dijk de berm in reed, red.) is nog steeds niet helemaal weggespoeld. Parijs 2024 is dan ook een groot doel voor me."
- Photo: Luca Bettini/SCA/Cor Vos © 2022