Interview | Kastelijn en Cornelisse: 'Aanvallen is wie wij zijn bij Fenix-Deceuninck'

De vrouwenploeg van de gebroeders Roodhooft wil langzaam maar zeker de mannenploeg achterna. We spraken met aanjagers Michel Cornelisse en Yara Kastelijn. Aanvalluhhh!

Tour de France Femmes stage 4

Michel Cornelisse verruilde voige winter het mannen- voor het vrouwenpeloton. De Amsterdammer geldt als een van de aanjagers bij Fenix-Deceuninck. Yara Kastelijn reed een fantastische Tour de France Femmes en bekroonde dat met een etappezege. 

Wij spraken de twee uitgebreid voor ons magazine en bij wijze van eindejaarsinterview lees je dat nu in zijn geheel op de website! Over aanvallen, aanvallen, aanvallen en Puck Pieterse. 

De mannenploeg van de Philip en Cristoph Roodhooft vierde het ene na het andere hoogtepunt in. Mathieu van der Poel won drie van de zes grootste eendagskoersen, Jasper Philipsen groeide dit jaar definitief uit tot beste sprinter ter wereld en Kaden Groves ontpopte zich in de Giro d’Italia en Vuelta a España tot een volgende sprinttopper.

Terwijl voor de buitenwacht vooral de successen van de mannen van Alpecin-Deceuninck in het oog springen, wordt achter de schermen intussen keihard gewerkt aan eenzelfde traject met de vrouwen van Fenix-Deceuninck. Dat gebeurt niet zonder succes, want ook de vrouwentak kan meerdere grote prestaties overleggen dit seizoen. Het orgelpunt van het jaar: een ritzege in de Tour de France Femmes.

Ontbolstering Yara Kastelijn door aanvallend koersen

Met een beetje fantasie zou je de 177,1 kilometer tussen Cahors en Rodez voor de vrouwen kunnen noemen wat de zege van Mathieu van der Poel in de Amstel Gold Race 2019 voor de mannen was. Het is de prestatie waarmee ze aan andere ploegen lieten zien: wij zijn hier en jullie houden maar beter rekening met ons de komende jaren. De hoofdrolspeelster die dag: Yara Kastelijn.

Gesteund door onder meer de bevlogen ploegleider Michel Cornelisse soleerde ze naar de dagzege. Een minuut en elf seconden voor Demi Vollering. Met die onvergetelijke dag als startpunt beschrijven Kastelijn en Cornelisse de opmars van Fenix-Deceuninck en het vrouwenwielrennen in het algemeen.

“Als je wint is het makkelijk om te zeggen dat je een goed plan had”, begint Cornelisse zijn verhaal. Het is de Amsterdammer ten voeten uit: hij heeft genoeg branie, maar van borstklopperij moet hij weinig hebben. “Ik heb vaker plannen gemaakt die niet uitkwamen dan wel, hoor”, lacht hij.

Neemt niet weg dat ze binnen Fenix-Deceuninck veel eerder al hadden besloten om het rijden van een algemeen klassement met Kastelijn te laten voor wat het was. Een jaar eerder finishte ze nog dertiende in de Tour de France Femmes, maar voor zulke uitslagen koerst de ploeg niet.

“Die dertiende plaats is bijna niemand opgevallen. Yara behoorde constant tot de beste klimmers van de ronde, maar aanvallend koersen maakt je veel zichtbaarder. Daarom kozen we voor een andere aanpak. Ik hou van aanvallend koersen en in de rit die Yara won, was ze indrukwekkend. Die dag heeft ze zichzelf ook verbaasd, denk ik.”

Etappezege Tour leeft meer dan EK-titel cross

De renster zelf beaamt de woorden van Cornelisse en vertelt dat ze na haar triomftocht naar Rodez werd overladen met berichten. Het leverde veel meer aandacht op dan haar Europese titel in de cross.

“In het dorp waar ik woon leefde het enorm. Toen ik terugkwam, werd ik hartelijk ontvangen door mijn dorpsgenoten. Dat maakte het heel speciaal en daaraan zie je dat een rit winnen in de Tour de France Femmes hoger staat aangeschreven dan het winnen van het EK veldrijden."

"Op hoogtestage ben ik samen gaan zitten met Michel en de trainers en hebben we besproken hoe we de Tour voor ons zagen. Ik wilde aanvallend koersen, en dat past ook bij deze ploeg. Plezier maken en niet alleen volgen. Wielrennen wordt zoveel leuker als je jezelf kunt laten zien. Dat hebben we in de Tour de France Femmes en eigenlijk ook in de rest van het jaar gedaan.”

Kastelijn op het podium in de Tour | Beeld: Rafa Gomez/SCA/Cor Vos © 2023C

Vrouwenploeg zelfde faciliteiten als de mannen

Het verhaal van Fenix-Deceuninck begint meer en meer parallellen te vertonen met dat van Alpecin-Deceuninck. In 2020 richtten de gebroeders Roodhooft de ploeg Ciclismo Mundial op. Kastelijn is een van de rensters van het eerste uur.

“We hadden in het begin geeneens een zomerprogramma, want we waren nog een pure crossploeg. De weg kwam een jaar later, maar we reden nog in een zwarte broek en een wit shirt zonder sponsors erop. Het is bijzonder hoe snel we met de ploeg stappen hebben gezet."

"Ik heb van begin af aan niets te klagen gehad, maar de professionalisering is ieder jaar blijven aanhouden. Alle voorzieningen die de mannen tot hun beschikking hebben, heb ik bij de vrouwenploeg óók tot mijn beschikking.”

Enthousiasme voor vrouwenwielrennen bij Roodhoofts

Bij Fenix-Deceuninck nemen ze vouwenwielrennen serieus en wordt geïnvesteerd in de sport. Niet in rensters van naam, maar in de omkadering en scouting. Cornelisse: “Zeker Philip Roodhooft is zó enthousiast over de vrouwenploeg. Het is anders werken, maar veel van de feedback van de mannen kunnen wij nu gebruiken."

"Zij zijn ook uitgegroeid van klein continentaal ploegje naar een van de beste teams van de WorldTour. De mensen die dat hebben opgebouwd, werken nu mee aan de opmars van de vrouwenploeg. Net als bij de mannen gaan onze vrouwen op hoogtestage in aanloop naar een grote ronde. Dan gaat een kok mee, een trainer en een ploegleider en zitten we tien dagen in een niet goedkoop chaletje, hè."

"We kunnen daar optimaal trainen en zitten er met alle rensters, waardoor een groepsgevoel ontstaat. Bij andere ploegen is het meer ieder voor zich, of daar moeten ze alles zelf betalen of regelen.”

Directheid Cornelisse

De grotere rol die Cornelisse in 2023 gekregen heeft, past in de professionaliseringsslag bij Fenix-Deceuninck. De Amsterdammer werkte in het verleden vooral in het mannenpeloton, maar ging vorig jaar al regelmatig mee met de vrouwenploeg en dat beviel van beide kanten dusdanig goed dat hij een prominentere rol kreeg toebedeeld bij de ploeg. Zijn directe manier van communiceren bevalt de rensters uitstekend, vertelt Kastelijn.

“Zeker als Nederlandse ben ik die directheid gewend. Sterker nog, ik hou ervan. Je moet in de sport gewoon weten waar het op staat. Of het nu links- of rechtsom gaat, zolang er maar niet omheen wordt gedraaid. Het speelt ook mee dat Fenix-Deceuninck geen saaie en zakelijke bedoening is, want we zijn uitgegroeid tot een grote familie.”

Zoals in de beste families voorkomt, gaat dat weleens gepaard met een ruzietje of woordenwisseling. Bij Fenix-Deceuninck gaan ze dat juist niet uit de weg. “Dat is de structuur van onze ploeg”, aldus Cornelisse.

“Philip Roodhooft is ook weleens kwaad geweest op mij, maar tien minuten later is het over. Eerlijkheid duurt het langst. We zijn geen ploeg van zoete broodjes bakken, zeg maar. Er heerst een goede sfeer, maar als iemand uit de pas dreigt te lopen, treden we meteen op."

"Ik hou van een vrolijke noot, maar als er rensters zijn die zich niet aan de teamafspraken houden, kan ik heel streng zijn. Dan gaan we het gesprek aan en ik kan zeggen dat die gesprekken niet altijd leuk zijn. Alleen zet ik na het gesprek een punt erachter. Dan geven we de renster wél de kans om beterschap te tonen.”

Maak fouten, maar nooit twee keer dezelfde

Cornelisse praat veel met zijn rensters. Hij deelt graag ervaringen uit zijn tijd bij onder meer Vacansoleil, MTN-Qhubeka en Roompot. “Ik durf van mezelf te zeggen dat ik een beetje verstand heb van wielrennen en dat probeer ik over te brengen."

"Ik zeg vaak: ‘Maak fouten, maar nooit twee keer dezelfde.’ Ik vind het geweldig om met de rensters te werken en prachtig dat ze mede door mijn adviezen kunnen uitgroeien tot toppers. Dat Yara die etappe won, is een van de mooiste momenten uit mijn loopbaan als ploegleider. En ik heb genoeg mooie dingen meegemaakt."

"De dag voor ze won, strandde Julie Van de Velde in de laatste kilometer. Het was zo verdiend voor de groep en Yara in het bijzonder. Ze is een knokker die soms zelfs té graag wil winnen, waardoor de teleurstelling lang kan overheersen bij haar.”

Het is de winnares in Kastelijn. Hoewel de ritzege in de Tour de France Femmes voorlopig haar enige overwinning op de weg is, behoort ze zeker in de heuvelklassiekers tot de pakweg vijftien beste rensters ter wereld. “Ik ben niet altijd even makkelijk. Vorig jaar na de Tour de France Femmes was ik in eerste instantie teleurgesteld met mijn dertiende plaats."

"Als ik dertiende ben, wil ik tiende zijn. Ben ik tiende, wil ik achtste worden. Ik heb geleerd om meer plezier te maken en daarin is Michel een belangrijke schakel gewest. Hij is altijd goed gezind en we hebben dezelfde humor. Het klikt tussen ons. Wat ook meehelpt is de doorbraak van andere rensters in de ploeg, zoals Christina Schweinberger. Twee jaar terug wilde niemand haar hebben en inmiddels is ze uitgegroeid tot een van de beste rensters ter wereld. Al gelooft ze dat zelf nog niet, maar ze is zó sterk.”

Christina Schweinberger

Schweinberger komt uit de koker van Philip Roodhooft, die naast manager ook een goede scout blijkt te zijn, zo vertelt Cornelisse lachend. Hij heeft een goede neus voor talentvolle rensters die het eerder nog niet hebben laten zien.

“Naast Christina hebben we Carina Schrempf in de ploeg. Zij komt uit het hardlopen. Nog niemand heeft van haar gehoord, maar ze won onlangs bijna een etappe in de Ronde van Romandië. Ze komt uit het niets, maar er zit een grote motor in."

"Tegen Christina heb ik vijf maanden geleden al gezegd dat ze in de top 10 zou eindigen op het WK. Ze geloofde me niet. Ze vond me véél te optimistisch, maar op het WK was ze na Kopecky misschien wel de beste in koers. Door veel te praten probeer ik haar van haar kwaliteiten te doordringen. Daar krijg ik veel meer energie van dan wanneer ik Kopecky en Vollering zou coachen, ze op kop laat rijden en weet dat toch één van de twee wint.”

Aanvalluhhh!

Het brengt het gesprek automatisch op de dominantie van SD Worx in het vrouwenpeloton. Met Vollering, Kopecky, Marlen Reusser en Lorena Wiebes heeft de Nederlandse ploeg vier van de tien beste rensters ter wereld in de gelederen. Dat een ploeg erbovenuit steekt, is bij de mannen niet anders, maar wat Kastelijn en Cornelisse vooral stoort is de tactiek van andere teams.

“Wij vallen aan en als ik dan andere teams zie, is dat gewoon anders…”, aldus Kastelijn, die af en toe langsgaat bij andere dames om te vragen naar hun bedoelingen. “Dan zeg ik: ‘Rijden jullie weer op kop voor SD Worx vandaag?’ Dan kijken ze je gek aan, maar ik vind de tactiek van andere ploegen soms speciaal. Het klopt dat het niveauverschil in het vrouwenwielrennen nog té groot is, maar het wordt ook uitvergroot door de tactiek van sommige ploegen.”

Aan de publieke belangstelling tijdens de Tour de France Femmes en op het WK in Glasgow is desondanks te zien dat vrouwenwielrennen in de lift zit. De ASO was vorig jaar al verrast door de kijkcijfers en aantal bezoekers tijdens de Tour de France Femmes. Dat werd dit jaar bevestigd.

“Het is een probleem dat alle vedettes bij één ploeg zitten, maar ik ben het met Yara eens dat in het vrouwenwielrennen nog een hoop beter kan qua tactiek. Zonder neerbuigend erover te doen, maar er gebeuren nog veel dingen in het vrouwenpeloton waarbij ik denk: dat kan vele malen beter."

"Neem de rit die Julie Van de Velde bijna won. Die dag hebben alle ploegen op kop gereden, behalve SD Worx. En die werden uiteindelijk eerste en tweede. Het is de tactiek van anderen, maar ik zou het in elk geval anders oplossen. Om SD Worx weerstand te bieden moet je vooral aanvallend koersen.”

Tekst gaat verder onder de foto

Puck Pieterse zijn aan zij met Annemiek van Vleuten in Strade Bianche | Beeld: Tommaso Pelagalli/SCA/Cor Vos © 2023

Puck Pieterse

Een van de rensters die SD Worx uit evenwicht zou kunnen brengen, is Puck Pieterse. Als het vrouwelijke equivalent van Mathieu van der Poel zou zij de boel kunnen opschudden. “Puck is in elk geval voor niemand bang; ook niet voor Vollering en Kopecky”, aldus Kastelijn over haar ploeggenote.

Er is één maar: Pieterse richt zich voorlopig op de cross en mountainbike. De Amersfoortse reed dit jaar slechts twee wegwedstrijden, waaronder Strade Bianche. In Italië maakte ze indruk met een vijfde plaats. “Natuurlijk zou ik graag vaker met haar werken”, beaamt Cornelisse.

“Maar ze moet vooral doen waaruit ze het meeste plezier haalt. Ze is wereldtop op de mountainbike en gaat naar de Olympische Spelen volgend jaar. In Strade Bianche heeft ze gezien dat ze ook in zulke koersen tot de wereldtop behoort. Alleen heeft het geen zin om haar naar de weg te pushen, maar ik weet zeker dat ze Strade Bianche héél leuk vond."

"Ik was onwijs onder de indruk van haar. Even hondsbrutaal Vollering en Kopecky eraf proberen te rijden… Heerlijk aanvallend! Dat is waar deze ploeg voor staat. Bij de mannen, maar zeker ook bij de vrouwen.”

Achtergrond
  • Photo: Rafa Gomez/SCA/Cor Vos © 2023